De geschiedenis van Samsung's Exynos-vlaggenschepen in de Galaxy-serie

Inhoudsopgave
  1. 1. Inleiding
  2. 2. 2011-2013: ARM-gpu, 2, 4 en 8 cores
  3. 3. 2014-2016: 64 bits, eigen Mongoose-cores
  4. 4. 2017-2019: kleine upgrades, 3 core-clusters
  5. 5. 2020-2022: einde Mongoose, RDNA 2-graphics

Inleiding

Samsung maakt vanaf de eerste Galaxy-smartphones voor sommige markten gebruik van zelf ontworpen en geproduceerde chips. Samen met Apple en Huawei is het een van de weinige bedrijven die hiertoe in staat is, andere fabrikanten moeten vertrouwen op chipmakers zoals Qualcomm en MediaTek. De topmodellen uit de Exynos-lijn worden vooral ingezet in de high-end Galaxy S- en Note-series in onder andere Europa en Zuid-Korea. In de Verenigde Staten wordt meestal Qualcomm's Snapdragon gebruikt. Vanwege prestatieverschillen klagen gebruikers hier regelmatig over, zoals bijvoorbeeld bij de S20, waar de Exynos 990 minder snel was en meer stroom verbruikte dan de Snapdragon 865.

Hummingbird of Exynos 3 Single

Voor de start van de Exynos-lijn van processors moeten we eigenlijk terug naar de originele Galaxy S uit 2010. Deze maakte gebruik van een chip met de naam Hummingbird, die later hernoemd werd naar de Exynos 3 Single. Deze was gebaseerd op een 45 nanometer-proces en had een enkele Cortex-A8-rekenkern op 1GHz, voor die tijd best een prestatie in een smartphone. De gpu was een PowerVR SGX540 met ondersteuning voor schermen van 800 x 600 pixels, de iPhone 4 had rond die tijd al een scherm van 960 bij 640. Apple's telefoon werd wel verslagen op camera-gebied, waar deze tot 720p kon opnemen ging Samsung's chip tot 1080p. Andere functies zoals lpddr2 en emmc 4.3 waren niet ongewoon in 2010.


De Samsung Galaxy S , Galaxy Nexus en Nexus S.

Opvallend genoeg is dit de enige Exynos die ooit in een Google Nexus of Pixel terecht is gekomen, namelijk in de Nexus S. Alle andere modellen gebruikten Qualcomm-soc's, uitgezonderd de Galaxy Nexus uit 2011, deze chipset kwam van Texas Instruments.

Advertentie
0