HP werkt inmiddels al ruim tien jaar aan het productieklaar maken van de memristor, een alternatieve opslagtechnologie voor zowel flash- als RAM-geheugen. Onlangs wist het bedrijf een kleine doch belangrijke doorbraak te forceren, want tot op heden was het onduidelijk welke chemische processen precies voor de opslageigenschappen zorgden. Nu dat in kaart is gebracht, kan gewerkt worden aan het optimaliseren ervan.
Over het principe achter de memristor werd al in 1971 voor het eerst geschreven. Pas ruim drie decennia later, in 2008, wisten wetenschappers van HP het eeerste prototype te implementeren. Daarmee werd aangetoond dat de memristor daadwerkelijk te creëren was en dat er geschakeld kan worden tussen twee niveaus van elektrische weerstand. Deze eigenschap maakt het mogelijk bits in de vorm van een '0' of '1' op te slaan. Bovendien behoudt een memristor zijn inhoud wanneer de stroom wegvalt, wat het een potentieel alternatief maakt voor het veelgebruikte flashgeheugen.
Vorig jaar hebben HP en Hynix de handen ineen geslagen om de memristor marktklaar te maken en sindsdien is de ontwikkeling in sneltreinvaart verder gegaan. Nadat meerdere kleine prototypen geproduceerd waren, was het echter nog onduidelijk welke chemische processen zorgen voor de opslageigenschappen van de memristor. Nu dat mysterie is ontrafeld kan verder gewerkt worden aan het optimaliseren van alle technieken en verder verkleinen van het geheel. In zijn laboratoria zou HP al 3 nm memristors hebben geproduceerd, maar naar verwachting zullen de eerste commerciële varianten rond de 22 nm liggen.
Vanaf medio 2013 zullen mogelijk de eerste memristor-gebaseerde producten op de markt komen, hoewel HP nog geen beloftes doet. De memristor leent zich goed voor het stapelen van meerdere lagen bovenop elkaar. Via een 15 nm productieprocedé heeft het bedrijf zodoende al 12 GB op een vierkante centimeter weten te proppen en daarmee is zeker het eind nog niet in zicht. De doelstelling is om uiteindelijk een dubbele opslagcapaciteit per oppervlakte-eenheid ten opzichte van traditionele flashchips te gaan bieden.
Bronnen: IOP Science, Computerworld