Review: OPPO A76. Hoe goed is een telefoon van 200 euro?

Inleiding

De prijs van een telefoon wordt voor een groot deel bepaald door de hardware, en voor een ander deel door het merk. Van OPPO hebben we de A76 gekregen, een toestel dat rond de 200 euro kost. Dat is niet de hoofdprijs voor een telefoon. In dit artikel kijken we of je waar voor je geld krijgt.

De manier waarop een telefoon wordt gebruikt, is de afgelopen jaren flink veranderd. Tegenwoordig kun je op een luxe telefoon prima gamen, en ook tal van andere toepassingen zijn geen enkel probleem. Veel geld stukslaan op een toestel is daarbij heel goed mogelijk; toestellen met een prijs richting de tweeduizend euro zijn geen uitzondering meer.

We gaan geen oordeel vellen over de vraag of het de moeite waard is om zo’n bedrag uit te geven aan een telefoon; dat bepaal je helemaal zelf. De A76 uit dit artikel heeft een heel ander prijspunt. Dat betekent dat het toestel natuurlijk niet de allerbeste techniek aan boord heeft. Het is allemaal wat meer basic, en dat merk je direct als je het toestel in de hand neemt. Het is van hard kunststof gemaakt en het gewicht van 189 gram maakt dat dit zeker niet de zwaarste telefoon van het moment is.

Het ips-gebaseerde scherm met een verversingssnelheid van 60/90Hz is 6,56 inch groot. Dat maakt de A76  een klein tikje kleiner dan de meeste moderne telefoons. Het aantal pixels is niet enorm: 1612x720. Dat past ook wel een beetje bij de bescheiden prestaties van de Adreno 610-gpu van de Qualcomm Snapdragon 680 die in deze telefoon is gebouwd. De helderheid van het scherm bedraagt maximaal 600 nits, maar onder normale omstandigheden haalt het 480. Dat is althans de opgave van OPPO, want wij meten een piekhelderheid die wat hoger ligt; onze meter geeft 578 nits aan. Het DCI-P3-kleurenbereik wordt voor 96,4 procent gedekt. Daarbij is de afwijking een tikje te hoog, maar zolang je geen high-end foto- of videograaf bent, zul je de subtiele verschillen waarschijnlijk niet waarnemen.