Pulldown
Het tweede testonderdeel bekijkt of videokaarten beelden correct met volledige resolutie kunnen weergeven die in de basis progressief zijn, maar interlaced worden uitgezonden. Er worden twee situaties onderzocht: 2:2 pulldown en 3:2 pulldown. Beide hebben te maken met de manier waarop bioscoopfilms – of andere zaken die op film zijn opgenomen – worden bewerkt voor TV.
Bioscoopfilms werken met 24 hele beelden per seconde. De aanpassing voor interlaced televisie in Europa – of het nu 576i SD of 1080i HD is – gebeurt door de films allereerst zo’n 4% te versnellen naar 25 hele beelden per seconde en daarna ieder beeld op te delen in twee interlaced fields, om zo tot 50 halve beelden per seconde te komen. In dit geval zit er dus geen tijdsverschil tussen de even en oneven beeldlijnen; ze kunnen simpelweg in elkaar geschoven worden voor een zo scherp mogelijk resultaat. De videoprocessor moet echter wél herkennen dat deze techniek is toegepast. Is dat niet het geval, dan wordt onnodig complexe deinterlacing toegepast met potentieel kwaliteitsverlies als gevolg. Goede 2:2 pulldown is echt een vereiste voor wie Nederlandse of andere Europese TV-uitzendingen op de PC gaat bekijken. Alle losse videokaarten, zelfs de budgetmodellen, doen het uitstekend. De geïntegreerde oplossingen van AMD en nVidia gaan de mist in. Intels HD Graphics van de vorige generatie CPU's doet geen goede 2:2 pulldown, de HD Graphics 2000/3000 van Sandy Bridge wél.
Dan is er 3:2 pulldown. Dit is de methode die in Amerika wordt gebruikt om bioscoopfilms geschikt te maken voor interlaced weergave op televisie, met 60 halve beelden per seconde. Hierbij wordt ieder frame om en om omgezet naar twee of drie halve beelden. 4 hele beelden worden zo omgezet naar 10 halve beelden, en 24 hele beelden dus naar 60 halve beelden. Wanneer een videokaart dit principe herkent, kan de video ook naar originele kwaliteit hersteld worden. Zo niet, dan zijn bewegingen niet vloeiend. Het is duidelijk dat de driver-programmeurs van de meest partijen in Amerika werken, want op de chipset-GPU’s van AMD en nVidia na, gaat 3:2 pulldown in HD bij alle opstellingen goed.
Schema van 3:2 pulldown (bron)
Beide aspecten komen ook weer terug in het vierde onderdeel van HD HQV 2.0, waar wordt gecontroleerd of videoprocessors een verspringing van 2:2 naar 3:2 binnen een seconde kunnen oppakken. Dat is vrijwel altijd het geval en ook Intel doet het in deze test opvallend genoeg wel goed. Alleen de geïntegreerde videokaarten van AMD en Intel blijven zowel 3:2 als 2:2 niet toepassen.
N.B.: nVidia driver problemen
Met de door ons gebruikte 262.99 drivers deden de GeForce 400 kaarten alle de 2:2 pulldown en de diverse cadansen van HD HQV 2.0 niet goed, terwijl de GeForce 200 kaarten het wel goed deden. Navraag bij nVidia leerde ons dat dat een driver-bug was en een pre-release versie van de eerstvolgende driver versie die we kregen doorliep deze tests wel goed. Vandaar dat we nVidia voor deze tests toch de punten hebben gegeven.