Testpatronen
Nadat we de monitor uit de doos haalden/bevrijdden, hebben we hem grondig geïnspecteerd. Hoe ziet de monitor eruit, zijn er noemenswaardige zaken die direct opvallen, enzovoort. De meegeleverde handleiding en drivers op diskette of CD-ROM werden ook door ons bekeken en geïnstalleerd.
Het bovenstaande wordt gedaan terwijl de monitor is aangesloten op ons 'opwarmsysteem' die de monitor 10 tot 15 minuten van een videosignaal voorziet. Dit wordt gedaan omdat een monitor het beste presteert als hij een opgewarmd is. Let op dat de monitor wel moet worden voorzien van een videosignaal, in standby warmt de monitor onvoldoende op.
Voordat we de verschillende testbeelden, die we zo
dadelijk een voor een zullen bespreken, op de monitoren zetten, hebben we de brightness en het contrast per monitor optimaal ingesteld. Zoals in
het achtergrondartikel staat beschreven, kan het contrast bij een CRT monitor het
best zo hoog mogelijk worden ingesteld, dus 100%.
Om de brightness goed in te stellen kan het best het beeld zo klein mogelijk worden gemaakt. De zwarte rand om het beeld moet dan net zo zwart zijn als de stukken beeldscherm dat niet opgelicht wordt. Staat de brightness te hoog, dan is de smalle rand rondom het beeld grijsachtig.
De bovenstaande afbeelding is een schermafdruk van het eerste testbeeld dat we door monitoren lieten weergeven. Dit scherm is ideaal om de beeldscherpte van een monitor te beoordelen. Duidelijk zichtbaar is de overgang van 100% wit naar 100% zwart. Het zal blijken dat niet ieder merk monitor dit even netjes doet. Het gevolg is een witte waas rondom de witte vlakken. De vierkanten kunnen overigens ook van een andere kleur worden voorzien, waardoor de kleur van de waas ook verandert. In het algemeen geldt: hoe minder waas, hoe scherper het beeld.
Nadat we de brightness hebben bekeken, onderzoeken we hoe de monitor omgaat met de grijswaarden. Vooral tussen 0% en 5% zwart is voor sommige monitoren moeilijk. Overgangen van kleur naar een andere kleur zijn met het blote oog moeilijk te beoordelen en zijn ook wel bekeken, maar niet in de uiteindelijke beoordeling opgenomen (tenzij er iets raars aan de hand is natuurlijk).
Het goed weergeven van lijntjes (zowel verticaal als horizontaal) is niet voor iedere monitor weggelegd. Om dit te kunnen beoordelen hebben we gebruik gemaakt van het testbeeld dat in de onderstaande afbeelding te zien is. Zoals te zien worden er zowel horizontale als verticale lijntjes afgebeeld met verschillende diktes en onderlinge afstanden.
Het derde testbeeld waarvan intensief gebruik is gemaakt, is een beeld om convergentie fouten zichtbaar te maken. Het is namelijk een beeld dat is opgebouwd uit horizontale en verticale lijnen die elkaar kruisen. Zodra ze elkaar gekruist zijn verandert de kleur (bijvoorbeeld van blauw naar rood).
Omdat de kleuren rood en blauw het verst uit elkaar liggen in het fosforraster is zo gemakkelijk te zien hoe nauwkeurig de monitor is. Het moge duidelijk zijn dat een monitor met een kleine (horizontale) dot pitch minder grote fouten zal vertonen, omdat de drie verschillende fosforsoorten dichter bij elkaar liggen.
Hetzelfde patroon, maar dan met de kleuren magenta en groen, is daarna op het scherm gezet. Meestal zullen bij deze kleuren geen convergentie fouten worden geconstateerd omdat groen tussen rood en blauw
(waaruit magenta is opgebouwd) in ligt.
Het onderstaande testpatroon geeft een aantal cirkels en vierkanten weer. Op deze manier kan de geometrie van de monitor worden beoordeeld. De cirkels behoren bijvoorbeeld echt rond (en niet een beetje ovaal) te zijn, in iedere resolutie.