LG G5 review: meer dan de som der delen?

Software

LG doet met de G5 mee met de rest van de markt en heeft de schil die het over Android 6.0.1 legt lekker kaal gehouden. Waar je nog echt de hand van LG in kan zien, is het instellingenmenu en in de notification drawer. Het instellingenmenu is onderverdeeld in vier subcategorieën. Wat ons betreft is dat niet nodig, maar ook zeker geen onoverkomelijk probleem. Verder zien we nog enkele zaken die we inmiddels gewend zijn van LG, zoals de mogelijkheid om de volgorde van de onscreen-knoppen aan te passen en de Smart Settings, waarmee je profielen aan kunt maken voor bepaalde scenario's.

Het meest in het oog springende softwarematige kenmerk van de LG G5 is echter het always-on display. LG is niet de eerste die hiermee komt, we zagen het eerder al bij de Samsung Galaxy S7. Waar het toestel van Samsung echter een amoled-paneel heeft, zit er in de G5 een lcd-paneel. Pixels in een amoledpaneel kunnen individueel in- en uitgeschakeld worden, waardoor bij het always-on display op de Galaxy S7 alleen die pixels ingeschakeld worden die gebruikt worden. Bij een lcd-paneel kan dat niet, daar zorgt de backlight voor de verlichting en die is niet per pixel in te regelen. Een deel van het scherm staat dan ook op een helderheid van 30 procent ingesteld. In tegenstelling tot amoled is er bij lcd geen gevaar op inbranden, dus datgene wat er wordt getoond hoeft niet te verspringen. Vergeleken met de Galaxy S7 oogt de weergave op het scherm van de G5 overigens beduidend fletser, al is het in vrijwel alle gevallen prima afleesbaar. 

We zien het al jaren bij Huawei, maar nu lijken er meer te gaan volgen. Ook LG is overgestapt naar een plattere structuur en heeft het appoverzicht uit de interface gesloopt. Het lijkt erop alsof ook Samsung deze richting op aan het gaan is. Als je op een Galaxy S7 in het instellingenmenu onder Geavanceerde Functies naar Galaxy Labs toegaat, kun je dat nu al inschakelen. Op zich is er na wat gewenning prima te werken met deze inrichting, zeker als je bedenkt dat fabrikanten standaard steeds minder toepassingen installeren die je niet op je startschermen wilt hebben. Aan de andere kant blijft het vervelend dat je nu min of meer gedwongen wordt om apps die je niet gebruikt toch een plaatsje te geven. Er zijn overigens wel manieren om het appoverzicht terug te krijgen, maar in de standaard weergave hoort het dus niet thuis.