Acer Aspire 5 review: beetje van alles

Inleiding

We willen allemaal een schaap met vijf poten als laptop: een superlicht apparaat, met superieure prestaties én natuurlijk een goed scherm en toetsenbord. Als klap op de vuurpijl, moet hij ook nog eens supergoedkoop zijn. Laten we je even uit de droom helpen: zo’n product bestaat niet. Je zult altijd concessies moeten doen. Acer probeert met de nieuwe Aspire 5 in elk geval qua specificaties een zo compromisloos mogelijk product te realiseren tegen een relatief bescheiden prijs van 849 euro. Benieuwd of Acer dat gelukt is, gingen we aan de slag met dit nieuwe model.

Deze Aspire 5 is een 15,6 inch notebook met een gewicht van net iets meer dan twee kilo. Het is daarmee niet de lichtste van dit formaat, maar je kunt hem probleemloos op schoot gebruiken of in een tas meenemen. Het wat grotere formaat is ideaal als je zonder externe monitor moet werken, en natuurlijk om je achter het scherm te verschuilen en je te focussen op je werk.

Om dat werk een beetje vlot te kunnen uitvoeren heeft Acer wat leuks uit de kast gehaald. De Aspire 5 wordt namelijk aangedreven door een heuse Intel Core i5-8250U quad-core processor. Tot nu toe kwam je in dit soort modellen dual-core processors tegen. Die waren snel genoeg voor de meeste taken, maar hadden eigenlijk net wat te weinig pit voor het zwaardere werk. Ga je je fotoverzameling converteren of een video exporteren, dan merk je direct dat deze Aspire 5 meer in zijn mars heeft dan de gemiddelde laptop.

De in de Core i5 geïntegreerde grafische processor is snel genoeg om met Windows te werken, maar voor gamen niet echt geschikt. Dat weten ze bij Acer natuurlijk ook, en daarom hebben ze een Nvidia MX150 GPU ingebouwd met 2 GB geheugen. Ook deze chip maakt van de laptop geen echte gaming machine, maar zorgt wel voor wat betere prestaties. Vooral kunnen Acer en de winkel pronken met een mooie groene sticker op de polssteun, die klanten over de streep kan trekken.