Huawei P30 review: In de schaduw van de 'Pro'

Inleiding

De Huawei P30 Pro krijgt met zijn vernieuwende camerasysteem alle aandacht. Je zou bijna vergeten dat het merk ook een 'gewone' P30 verkoopt. Die kost beduidend minder, maar moet ook een aantal belangrijke features missen. Is de Huawei P30 zonder 'Pro' niettemin ook een interessant toestel?

Huawei lanceerde eind maart twee high-end smartphones in zijn P-serie. De meeste aandacht gaat uit naar de P30 Pro. Niet zonder reden: het  topmodel pronkt met een vernieuwend camerasysteem en de beste hardware die de fabrikant te bieden heeft. Dat dreef de vraagprijs wel flink op, naar niet minder dan 999 euro.

Kleiner en goedkoper

Voor wie bijna duizend euro voor een topmodel te gortig vindt, heeft Huawei net als de concurrentie ook een kleinere en goedkopere versie van zijn topmodel in het assortiment. Dat is de P30, die op diverse belangrijke punten verschilt van de Pro-versie. De P30 heeft een kleiner beeldscherm, minder indrukwekkende specificaties en een minder geavanceerde cameramodule achterop. Dit resulteert in een lagere, maar nog altijd stevige verkoopprijs van 749 euro.

Met die adviesprijs is de Huawei P30 praktisch even duur als de Samsung Galaxy S10, die sinds verschijnen flink in prijs is gezakt. De P30 is prijstechnisch ook een alternatief voor de Google Pixel 3, de Samsung Galaxy Note 9 en Apple-modellen als de iPhone XR en oudere iPhone 8 Plus. Uiteraard kan je hem ook zien als een concurrent van de duurdere P30 Pro. De toestellen hebben een vergelijkbaar ontwerp, draaien dezelfde software en delen belangrijke specificaties als de processor.

Hoeveel lever je in?

In deze review zoeken we uit hoe goed de Huawei P30 zich verhoudt tot concurrerende smartphones en hoeveel je inlevert ten opzichte van de P30 Pro. We gaven dat toestel nog een Ultimate-award - weet de 'gewone' P30 ook te overtuigen?