Uitdagingen van Oled
Voor de verklaring waarom oled tot nu toe niet is doorgebroken in het middenformaat – zeg 15 tot en met 50 inch – is allereerst van belang te begrijpen dat pc-fabrikanten als Dell, Acer en Asus afhankelijk zijn van externe leveranciers voor het paneel in hun schermen, laptops en convertibles. Er was tot voor kort simpelweg geen aanbod van oled-panelen op dit formaat. Dat heeft allereerst te maken met marktfactoren. Het leeuwendeel van de oled-panelen dat in consumentenelektronica terechtkomt, werd tot voor kort slechts geleverd door twee leveranciers: Samsung en LG. De eerste is zoals bekend actief op het vlak van kleine panelen op smartphoneformaat, terwijl de tweede grote panelen voor televisies levert. Beide markten zijn vele malen groter dan die voor pc-monitoren en zelfs die voor laptoppanelen. Bovendien zijn de marges flinterdun door het grote aanbod van lcd-panelen, terwijl heel duidelijk is dat consumenten slechts beperkt meer willen betalen voor een beter scherm. Zo bekeken is het niet gek dat Samsung en LG lange tijd niet de overstap hebben gewaagd naar respectievelijk grotere en kleinere panelen.
Moeilijk metaalmasker
Ook de grote technische moeilijkheden bij het produceren van oled-panelen spelen een rol. Samsung's 'amoled'-panelen worden gemaakt doordat afzonderlijke kleuren één-voor-één op het substraat worden gedeponeerd, waarbij een schaduwmasker (ook wel Fine Metal Mask of FMM) nodig is om dat nauwkeurig te doen. De complexe productie van een geschikt masker dat bijvoorbeeld niet doorbuigt onder verhitting is een van de redenen dat Samsung zo lang de enige fabrikant bleef, die succesvol hoge resolutie-schermen op basis van deze techniek kon produceren. In praktijk is het haast ondoenlijk grote schermen te maken middels het FMM-procedé, zoals Samsung ook al heeft ondervonden toen het enkele jaren geleden televisies met deze techniek wilde gaan produceren. Het dunne metaalmasker buigt in het midden te ver door, waardoor snel afwijkingen ontstaan, waarbij subpixels twee kleuren licht gaan geven. Een groot deel van de productie kan zodoende worden weggegooid. Vanwege de resulterende hoge kosten gingen Samsung oled tv-plannen in de ijskast. De afgelopen jaren is Samsung er wel in geslaagd om grotere ‘kleine’ schermen te maken. Zo beschikken de tablets van de fabrikant over oled-schermen.
Lenovo Yoga C730 met oled-scherm
Op de CES kondigden fabrikanten als Dell, Lenovo en HP gelijktijdig nieuwe laptops aan met een oled-scherm, dat wordt geleverd door Samsung. Daarmee zou de techniek dan eindelijk beschikbaar zijn voor wat grotere formaten: het paneel in de laptops heeft een diagonaal van 15,6 inch en een 4K-resolutie. De stap naar nog grotere oled-beeldschermen, bijvoorbeeld monitoren voor bij je pc, is waarschijnlijk een brug te ver. Dat meerdere fabrikanten nu laptops hebben aangekondigd met het paneel, lijkt er wel op te duiden dat Samsung de techniek voor dit formaat onder de knie heeft.
De vraag is wel nog hoe duur en breed verkrijgbaar de schermen zullen zijn. Afgaande op de prijs van één van de eerste oled-laptops, de Alienware 15 van Dell, hielden we aanvankelijk rekening met een meerprijs van honderden euro’s voor deze machines, die sowieso al niet goedkoop zijn (de Alienware 15 met oled kost zo’n 4500 USD). Gelukkig lijkt niet elke fabrikant zulke hoge prijzen te gaan vragen: de BTO X-Book 15X990, die we binnenkort zullen bespreken op de site, is voorzien van het 15,6-inch Samsung amoled-paneel - de meerprijs hiervan boven de standaarduitvoering is 210 euro, waarmee je in theorie voor iets meer dan 1600 euro een notebook met oled-scherm in huis kunt halen. Wat andere fabrikanten in de praktijk gaan vragen is nog even afwachten.
Witgouden greep
LG is zoals bekend wel in staat om op grote schaal grootformaat oled-schermen te leveren. De Koreaanse fabrikant deed eind 2009 een gouden greep door de oled-patenten van Kodak over te kopen. Onderdeel van de boedel was de Woled-technologie, waarvoor alleen witte oled-pixels nodig zijn en kleuren worden gevormd middels een aparte laag van kleurenfilters. Dat maakt de productie veel eenvoudiger, doordat er geen FMM nodig is. Doordat LG de patenten in handen heeft, is er bovendien geen andere fabrikant die oled-panelen met deze opbouw kan maken.
Op dit moment heeft de kleinste LG-televisie nog altijd een formaat van 55 inch. Als premium product ligt het voor de hand te focussen op wat grotere formaten; bovendien wordt de productie vaak duurder wanneer de pixeldichtheid toeneemt. Wat ook een factor kan zijn is de techniek van LG’s oled-panelen. De bottom emission-opbouw maakt dat de pixels een lager relatief oppervlak hebben, waardoor de oled’s logischerwijs sneller slijten bij dezelfde helderheid. Het zou kunnen dat de fabrikant voor het produceren van een monitor met een hogere ppi te hoge concessies moet doen aan helderheid of levensduur. Notebooks of convertibles zien we kortom niet snel met LG Woled-panelen verschijnen.
LG's 2019 oled-televisies
Op de monitorenmarkt zouden de woled-panelen echter wel hun niche kunnen vinden, nu er steeds meer hele grote schermen worden verkocht. LG’s 2019-oled's ondersteunen nu een hoge refreshrate, dankzij een nieuwe opbouw van de aansturingselektronica voor het paneel en het toevoegen van een hdmi 2.1-aansluiting, iets waar Dell dankbaar gebruik van maakte voor zijn op CES aangekondigde Alienware 55 OLED Display. Mocht het formaat van 55 inch je niet bekoren voor een monitor, dan is het wellicht interessant dat LG volgend jaar voor het eerst 48 inch 4K-oled-panelen gaat leveren. Dat is in elk geval een stapje dichter bij een monitorformaat; de ppi-waarde van 92 is zelfs dezelfde als die van de 24 inch full hd-monitor die velen nog op het bureau hebben staan. Hoewel het Alienware-scherm nog behoorlijk duur zal zijn, is het door de doorlopende prijsdalingen van LG’s oled-schermen nu al bijna mogelijk om er voor minder dan 1000 euro eentje op je bureau te zetten – zij het dus wel een groot bureau.
LG maakt overigens niet alleen panelen op basis van de Woled-technologie: het produceert net als Samsung ook kleinere rgb oled-schermen, door LG 'poled' genoemd. Kleurenfilters zijn dus niet nodig en LG gebruikt zelfs een soortgelijke Pentile-pixelindeling voor de panelen die onder andere in zijn smartphones terechtkomen. Na aanvankelijke opstartmoeilijkheden benaderen de poled-schermen nu de kwaliteit van de amoled-panelen van de concurrent, waarbij ook het aantal geproduceerde schermen toeneemt.
Lenovo's vouwbare laptopconcept met LG-oledscherm.
Voordeel van LG's poled-schermen is dat ze door het plastic substraat (de letter 'P' is niet voor niets gekozen) makkelijk kunnen worden opgevouwen. Daarvan wordt handig gebruikgemaakt in een onlangs door Lenovo getoond conceptapparaat: een vouwbare laptop met een 13,3 inch scherm met een 4:3-verhouding, afkomstig van LG. Dat is nog wel een stuk kleiner dan de grootste Samsung amoled-panelen en met 1920 x 1440 is de resolutie ook een stuk lager. Vóór 2020 hoef je Lenovo's vouwbare laptop bovendien niet in de winkels te verwachten, waarbij we niet gek zouden opkijken van extra uitstel. Niettemin vormt het concept een interessante vooruitwijzing naar de mogelijkheden die oled kan bieden voor mobiele apparaten met nieuwe form factors.