Deze week werd in de RAI in Amsterdam de grote ISE beurs weer gehouden: Integrated Systems Europe. Wij bezochten er diverse bedrijven, waaronder Iiyama. Hoewel we het merk op Hardware.Info beter kennen als leverancier van betaalbare, degelijke monitoren voor op het bureau, heeft het ook een indrukwekkend aanbod in een segment dat we thuis nog altijd maar zelden zien: touchscreens.
Hoewel we ze op laptops tegenwoordig wat vaker tegenkomen, zijn touchschermen op het bureau ondanks ondersteuning in Windows hiervoor sinds versie 7 (en in zekere zin ook al XP) nog altijd een zeldzaamheid. Dat laat zich deels verklaren door de beperkte meerwaarde van deze vorm van bediening op een scherm waar je relatief ver vandaan zit, anderzijds door een gering aantal echt nuttige toepassingen én een forse meerprijs voor de aanraakdetectie.
Een 86" 4K scherm met touchbediening
In andere marktsegmenten rukt touch steeds meer op. In het oog springend zijn natuurlijk enorme schermen in vergaderruimtes en smartboards op scholen, maar ook in ons dagelijks leven komen we steeds meer touchscreens tegen. Je kunt bijna geen winkel meer instappen zonder er een te zien. Zeker in mode- en schoenenwinkels, maar ook bijvoorbeeld bij de gemoderniseerde Blokker-filialen, de Bruna en ga zo maar door. Eigenlijk is elke winkel met een groter assortiment dan er fysiek ruimte is een potentiële plek waar je een touchscreen kunt aantreffen. Op zo’n – doorgaans groot – scherm kan je immers eenvoudig via de website van de winkel door het gehele assortiment bladeren en bestellingen plaatsen. Zijn de schoenen die je zoekt of het boek dat je wilde hebben net niet op voorraad, dan hopen winkels je zo te verleiden het alsnog via hen aan te schaffen. Natuurlijk kan je ook terug naar huis gaan en hetzelfde achter je eigen pc doen, maar als je er toch al bent is het wel zo handig de transactie direct af te ronden. Mits dit uiteraard gebruiksvriendelijk en snel kan – en daar komen de touchschermen om de hoek.
Voor veel mensen is interactie via een aanraakpaneel met grote, grafische elementen nog altijd eenvoudiger dan werken met een muis en toetsenbord. Nu steeds meer commercie zich verplaatst of uitbreidt naar online, is het logisch dat winkels hierop inhaken met een mogelijkheid digitaal de aanschaf af te ronden. Iiyama speelt hier al jaren op in met een groot en groeiend aanbod aan touchschermen. Zeker voor deze toepassing is het bedrijf naar eigen zeggen marktleider en wij hadden gelegenheid om met Jeffry Pettinga, sales director van Iiyama Europe, van gedachten te wisselen over deze markt en technologie.
Zeker de helft (!) van de high-end displays die Iiyama levert is voorzien van touchtechnologie, een aardige indicatie van hoe groot deze markt inmiddels is. Het merendeel vindt zijn weg naar zogeheten (point of sale) kiosks en tafels – de hierboven beschreven voorzieningen die je in steeds meer winkels aantreft. Daarbij is opvallend dat modellen met nieuwe technieken niet zozeer oudere vervangen, als wel worden toegevoegd aan het assortiment. Bestaande afnemers blijken veelal behoudend en kiezen voor producten die ze al kennen, al zijn technisch betere beschikbaar.
Nieuw 22" scherm met AG-afwerking en in-cell detectielaag
Hierdoor kan het gebeuren dat Iiyama niet minder dan 6 verschillende 22-inch modellen in het assortiment heeft, waarvan de nieuwste niet-reflecterende modellen eigenlijk aanmerkelijk prettiger in het gebruik zijn dan oudere met een relatief stroeve glasplaat. Zeker als scrollen en zoomen vereist zijn voor de toepassing, heeft een gladde anti-glare coating de voorkeur, maar er zijn ook nog genoeg applicaties die louter om een simpele ‘tik’ vragen. Een bestaande klant wil dan toch veelal een model hebben dat hij kent en waarvan hij weet dat het past in zijn omgeving en werkt voor zijn toepassing. Service, onderhoud en beschikbaarheid zijn belangrijker dan de aanschafprijs. Vandaar dat een fabrikant als Iiyama eerder modellen toevoegt aan het assortiment, dan deze vervangt. Sommige modellen lopen al acht jaar ongewijzigd door, in de consumentenmarkt is dat onvoorstelbaar. Een bijkomende consequentie is dus ook, dat nieuwe technologie dus maar heel langzaam wordt ingevoerd.
Oudere modellen met glasplaat en behoorlijk wat reflectie zijn onverminderd populair
Er komen alleen maar modellen bij
Eenzelfde fenomeen zien we ook bij de gebruikte detectietechnieken: ook oudere en technisch minder geavanceerde vormen hebben nog een schare trouwe afnemers. Feitelijk zijn er nog altijd drie verschillende manieren om een aanraking te registreren: resistief, optisch (tegenwoordig infrarood) en capacitief. Bij de eerste worden in feite twee heel dicht bij elkaar liggende lagen kort met elkaar in contact gebracht, bij de tweede zorgen kruislings geplaatste sensoren in de rand van het scherm voor de detectie en bij de laatste wordt een aanraakgevoelige laag boven het paneel geplaatst. Iiyama voert nog altijd modellen met alle drie deze technieken, die ook hun eigen sterke en zwakke punten hebben.
- Resistieve schermen hebben door de dicht bij elkaar geplaatste lagen niet de fraaiste weergave en kunnen geen bewegingen (scrollen, zoomen) registreren, maar werken wel altijd, of de gebruiker nu handschoenen draagt of niet.
- Optische systemen waren voorheen extreem gevoelig voor afwijkingen in de uitlijning van de sensoren, waardoor er veelal aan de bovenzijde van het scherm ‘dode zones’ ontstonden. Dat fenomeen behoort inmiddels tot het verleden, door het gebruik van betere productietechnieken, en superieure infrarooddetectie op meer punten in de rand. Hierdoor is herkenning van 20 aanraakpunten geen enkel probleem (vergelijk dit met de twee detectiepunten van de eerste optische systemen). Nadeel blijft de enigszins uitstekende omlijsting rond het paneel, waardoor het niet voor alle toepassingen even geschikt is.
- Capacitieve detectie kennen we inmiddels maar al te goed van onze smartphones en tablets, en maakt zeer fraai design mogelijk. Dit is echter ook de duurste vorm van touch, en er is bij grote schermen nog altijd sprake van een luchtlaag tussen aanraaklaag en paneel. De productie van schermen waarbij de touchlaag is gelamineerd op het scherm staat voor grote formaten nog in de kinderschoenen, en ook ‘in cell detection’ is nog maar net beschikbaar gekomen in deze markt, terwijl dit voor smartphones inmiddels wel de norm genoemd mag worden. Het 22-inch formaat dat Iiyama ons liet zien, illustreert wel direct de toegevoegde waarde van dit soort technieken. Met capacitieve, ook wel pcap (projected capacitive) genoemd, zijn tientallen aanraakdetectiepunten mogelijk. Dat heeft echter wel een forse invloed op de prijs, omdat er meerdere controllers nodig zijn. Iiyama levert modellen met tot 50 detectiepunten, maar het merendeel heeft 10 of 12 detectiepunten, wat voor de meeste gebruiksscenario’s ruimschoots volstaat, aldus Pettinga.
Een grote hoeveelheid nauwkeurige aanraakdetectiepunten is tegenwoordig uitstekend mogelijk
Voor Iiyama zijn de capacitieve, ook wel pcap (projected capacitive) genoemde, schermen het belangrijkst. Het merk voert deze in formaten van 32 tot 85 inch, met resoluties lager dan full hd tot ultra hd. Daarbij ligt de focus op modellen die bewust zo sober mogelijk zijn gehouden: ze zijn geschikt voor inbouw of ophangen, maar moeten in elke omgeving kunnen integreren. Wel opmerkelijk zijn de wit omlijste modellen, nog altijd een zeldzaamheid in deze markt. Door het hierboven beschreven fenomeen van uitbreiding in plaats van vervanging is het totale assortiment inmiddels meer dan 40 verschillende modellen.
Dit scherm is bestemd voor inbouw
Voorbeeld van een wit, in een tafel gemonteerd scherm met pcap touch
Op ISE voegde Iiyama er daar weer twee aan toe. Naast een nieuw 21,5” touchscreen met in-cell detectie liet het ook een prototype zien van een 75-inch 4K monitor met 10-punts pcap detectie, bestemd voor zakelijke boardrooms en wellicht de educatieve markt. Zoals steeds meer bij deze grote displays is Android op de achtergrond aanwezig als aansturing. Hierdoor is het mogelijk om functionaliteit in te bouwen, zoals apps om officedocumenten rechtstreeks van een usb-stick te openen, of eenvoudige tekensoftware. Ook de bediening wordt hierdoor een stuk eenvoudiger.
Een andere innovatie die we te zien kregen bij Iiyama was niet van het bedrijf zelf afkomstig, maar het grote assortiment aan verschillende displays van het merk vormde een mooie basis om iets bijzonders te laten zien op het gebied van ingebruikname van multidisplay opstellingen. Dit systeem, dat een aantal eenvoudige op Android gebaseerde mediaspelers gebruikt, een stukje heel slimme software en een camera, kan in een oogwenk een beeld tonen op meerdere displays – ook als deze niet recht hangen en verschillende formaten hebben. Tot dusverre was het berekenen van de vereiste aanpassingen op het beeld – bedenk dat voor alle randen moet worden gecompenseerd, vergelijk het met een opstelling van drie monitoren – een extreem tijdsintensieve aangelegenheid. We hadden al eerder systemen gezien die dit intelligenter aanpakten, maar die vereisen nog altijd een batterij camera’s. Met de getoonde oplossing volstaat een smartphone of tabletcamera. Het is zelfs mogelijk om roterende schermen op te nemen, waarbij het getoonde beeld keurig blijft aansluiten bij de rest. Het is een mooi voorbeeld van het fenomeen dat een ‘killer app’ een groot verschil kan maken voor de acceptatie van nieuwe techniek. In de zakelijke markt zijn de voordelen van touch – en grote displays – evident, in de consumentenmarkt blijft vooralsnog een doorbraak achterwege. Toch is het aardig om een kijkje achter de schermen (jaja) te krijgen in die andere wereld, want de ervaring leert dat de ontwikkelingen vroeg of laat ook doorsijpelen naar thuisgebruik. De acceptatie van steeds grotere schermen is daar een simpele illustratie van.
