Een Amerikaans advocatenkantoor is begonnen met een antitrustzaak tegen geheugenfabrikanten Samsung, Micron en SK Hynix. De advocatenfirma vermoedt dat de bedrijven verboden prijsafspraken hebben gemaakt door af te spreken de productie te beperken, wat de prijzen van werkgeheugen omhoog dreef. De prijzen van onder meer ddr4-geheugen stegen in 2017 met bijna 50% en volgens het kantoor zijn die prijsstijgingen eenvoudig terug te voeren op bijeenkomsten waarbij topmensen van geheugenfabrikanten elkaar ontmoetten.
Hagens Berman heeft de rechtszaak ingediend bij een rechtbank in Noord-Californië en hoopt veel Amerikaanse consumenten mee te kunnen krijgen. Daarvoor zoekt het Amerikanen die tussen 1 juli 2016 en 1 februari 2017 een apparaat met dram-chips hebben gekocht, zoals een computer of een smartphone. Het kantoor won in 2006 al eens een rechtszaak tegen 18 geheugenfabrikanten, waarbij er in totaal voor 300 miljoen dollar werd geschikt.
De geheugenmarkt kent een traditie van afwisselende magere en vette jaren, waarbij die eerste vaak leiden tot faillissementen en overnames. Zodoende zijn er nu nog maar drie producenten van enig formaat overgebleven, die samen 95% van de markt in handen hebben. Inmiddels zijn de geheugenprijzen overigens alweer dalende, nadat ze in januari 2018 een hoogtepunt bereikten.
De prijsstijgingen zouden synchroon lopen met vergaderingen in de geheugenindustrie.
Bron: Hagens Berman
