Het voormalige softwarebedrijf Cylance, tegenwoordig The BlackBerry Research and Intelligence Team, meldt in een blogpost dat het gelukt is om de M1-versie van macOS te virtualiseren op een Intel Core i5-7500 x86-processor. Apple's eigen M1-soc is gebaseerd op de arm-architectuur. Volgens het bericht kan de verkregen toegang tot de kernel nuttig zijn voor beveiligingsonderzoekers, om bugs te vinden of aanpassingen te doen.
Het virtualiseren van het arm-besturingssysteem is geen eenvoudig proces, de post heeft meer dan zevenduizend woorden, waaronder veel code om te kopiëren en plakken. Allereerst is de macOS-virtualisatietool OSX-KVM nodig, om de installer voor Big Sur te verkrijgen. Hier moeten allerlei bestanden uitgehaald worden, die op een Mac of macOS-VM uitgevoerd moeten worden.
Als dit gelukt is is een custom versie van de QEMU-emulator met ondersteuning voor de XNU-kernel nodig. Er moet nog het een en ander bijgewerkt worden in de kernel, en er moeten hardware-afhankelijke model-specific registers(MSR) worden toegevoegd. Ook de device tree, een datastructuur die de componenten beschrijft, moet aangepast worden. Dan moeten er nog allerlei problemen zoals bijvoorbeeld toetsenbordinvoer opgelost worden. Volgens de blog was tijdens het hele proces de disassemblertool IDA 7.5 nodig. Hoewel het virtualiseren van arm-macOS op x86 nu gelukt is, zijn er nog veel bugs die verholpen moeten worden voordat stabiele emulatie mogelijk is. De uitleg is te vinden in de eerder genoemde blogpost, en er is een volledige handleiding op GitHub.
