Begin deze maand werd het IT-bedrijf Kaseya getroffen door een ransomware-aanval. De cyberaanval is opgeëist door de hackersgroep REvil en wordt de grootse ransomware-aanval ooit genoemd. Zo zijn er wereldwijd zo’n 1.500 bedrijven getroffen, waaronder een Zweedse supermarktketen en verscheidene scholen in Nieuw-Zeeland.
Na de aanval eisten de hackers 70 miljoen USD voor een universele decryptor, 5 miljoen dollar voor managed service providers (MSP's) en 40.000 dollar voor elke versleutelde extensie op het netwerk van een slachtoffer. Sinds vorige week is er echter geen spoor meer te bekennen van het hackerscollectief. Terwijl de meeste getroffenen niet van plan waren om losgeld te betalen, was dit dus ook niet meer mogelijk voor diegene die wel gingen betalen. De kans dat de versleutelde data nog gered kon worden, leek eerder klein.
Inmiddels heeft Kaseya toch nog een universele decryptor te pakken gekregen, met behulp van een niet nader genoemde derde partij. Volgens BleepingComputer wil Kaseya niet bevestigen noch ontkennen dat er losgeld is betaald, het is dus niet duidelijk wie de exacte bron is. De tool is in ieder geval goedgekeurd door een andere derde partij, waarna het bedrijf is begonnen met deze naar zijn getroffen klanten door te sturen.
Na de aanval op JBS (het grootste vleesverwerkende bedrijf ter wereld) en Kaseya, heeft het Witte Huis aan de Russische regering gevraagd om op te treden tegen de ransomware-bendes (die vermoedelijk in Rusland actief zijn). In de wandelgangen wordt beweerd dat de Russische overheid REvil heeft laten verdwijnen en de decryptor in handen heeft gekregen. Vervolgens zou deze gedeeld zijn met de Amerikaanse autoriteiten, als een teken van goede wil.
Bron: BleepingComputer