Intel heeft tijdens de Hot Chips-beurs meer details vrijgegeven over de volgende generaties Xeon-serverprocessoren. Onder meer Sierra Forest komt aan bod, de eerste generatie die efficiënte E-cores naar het serversegment moet brengen. Het aankomende Emerald Rapids en zijn opvolger Granite Rapids zijn voorzien van de klassieke P-cores. In tegenstelling tot de huidige line-up voor consumenten komt er geen productlijn die P-cores en E-cores combineert, wat wil zeggen dat er een keuze moet gemaakt worden.
De Sierra Forest-serie biedt tot maximaal 144 E-cores (288 in een dual-socket systeem), die gebaseerd zijn op de gelijknamige Sierra Glen-architectuur. Met een stroomverbruik van minstens 200 watt moeten deze processoren tot 2,4 keer meer prestaties per watt bieden dan de Xeon-chips van de vierde generatie (Sapphire Rapids). De ontwikkeling van Sierra Forest ligt naar verluidt op schema, deze cpu’s worden in de eerste helft van 2024 verwacht.
Vervolgens wordt Granite Rapids besproken, het grotere broertje van Sierra Forest dat gebruikmaakt van de krachtige Redwood Cove P-cores - die ook bij Meteor Lake van de partij zullen zijn. Hier zet Intel vooral in op de AI-rekenkracht, die naar eigen zeggen twee tot drie keer hoger is dan die van Sapphire Rapids. Corecounts worden niet genoemd, al zullen gebruikers aan de slag kunnen met één à acht sockets in een enkele server. Granite Rapids “komt kort na” Sierra Forest en volgt Emerald Rapids op, dat op zijn beurt rond eind dit jaar moet beschikbaar zijn.
Zowel Sierra Forest als Granite Rapids zijn gericht op het Birch Stream-platform, waarbij soortgelijke connectiviteit wordt geboden. Intel noemt onder meer tot 136 pcie 5.0/cxl 2.0-lanes en 6 UPI-links, alsook ddr5-controllers met ondersteuning voor maximaal 12 geheugenkanalen.
Bronnen: Intel, Tom's Hardware