Commodore 64: zelfs zonder actieve herinnering in het geheugen gegrift

Inhoudsopgave
  1. 1. Inleiding
  2. 2. Competitief vanaf het begin
  3. 3. Van binnen
  4. 4. Volop software
  5. 5. Opvolgers Commodore 128 en Amiga
  6. 6. Nooit verdwenen
  7. 7. In Nederlandse handen
  8. 8. C64 op Hardware Info

Van binnen

Omdat de adresruimte van de processor ook 64kB groot was, kon je het complete ram-geheugen alleen onder bijzondere omstandigheden benutten. Vanwege het feit dat een deel van de adresruimte ook al werd gebruikt voor rom-routines (waaronder de Basic-interpreter) bleef onder Basic de vanuit het beginscherm overbekende 38kB (38911 bytes) vrij voor je als gebruiker.

Naast de reeds genoemde MOS 6510-processor was het systeem uitgerust met de VIC-II (video interface chip) en de SID6581 (sound interface device), waarmee hij op het gebied van grafische en geluidsmogelijkheden zijn tijd eigenlijk ver vooruit bleek. Ter illustratie: de SID-chip was in principe een complete, softwarematig aangestuurde geluidssynthesizer, terwijl de VIC-II-chip sprites en grafische objecten onafhankelijk van elkaar kon laten bewegen. De bottleneck bleek echter de kernel, die deze geavanceerde eigenschappen niet ondersteunde.

Programma's en gegevens opslaan kon in den beginne op een cassettebandje, terwijl later ook een diskdrive kon worden aangesloten. De 1541-drive werkte met een 5¼-inch-floppy, waar je 170kB aan data op kwijt kon, terwijl een daarop volgende, in een zeer kleine oplage verschenen, 3,5-inch-diskdrive plaats bood aan een veelvoud van wat je op de 5¼-inch kon opslaan.

Naast de lege diskettes werden ook rom-cartridges op de markt gebracht waarop al software stond. Deze roms waren door middel van geheugenmapping en -overlays in staat om in het adresgeheugen van de processor te opereren, zonder daarbij zelf geheugen in te nemen.

Advertentie
0