Beveiliging
Ook aan betere beveiliging is gedacht binnen de nieuwe standaard. Voor consumenten is dat niet zozeer een voordeel, maar wel voor bijvoorbeeld de filmmaatschappijen. Binnen de standaard kan gebruik gemaakt worden voor de door Intel ontwikkelde HDCP-beveiliging die we ook kennen van DVI en HDMI. Optioneel kan er echter ook gebruik gemaakt worden van de complexere, door Philips ontwikkelde DPCP (DisplayPort Content Protection) encryptietechniek. Waar HDCP gebruik maakt van zoals inmiddels is gebleken relatief eenvoudig te kraken 48-bit keys, is DPCP gebaseerd op vrijwel niet te kraken 128-bit AES versleuteling.
De connector die voor DisplayPort gebruikt zal worden is een stuk kleiner dan die van DVI. De stekker lijkt kon het meest op een soort Serial ATA-connector binnen een soort HDMI-plug. De stekker kent twintig contactpunten, waarvan er acht worden gebruikt voor de vier data aderparen van de main link, twee voor het auxiliary kanaal, één voor de hotplug detect en twee voor het transport van stroom. De overige aders zijn allen voor het aarden van de signalen. DisplayPort werkt standaard met 3.3 Volt, wat optioneel kan worden verhoogd tot 16 Volt om kabellengtes tot 15 meter mogelijk te maken. Binnen de standaard is al voorzien om in de toekomst ook van optische signalering gebruik te gaan maken om op die manier nóg langere kabels mogelijk te maken.
Ook voor notebooks
De DisplayPort-standaard is ontwikkeld als alternatief voor zowel de verbinding tussen de PC en een losse monitor, als voor de verbinding die binnen notebooks wordt gebruikt tussen de moederborden en het scherm. De gebruikelijke verbinding aldaar is LVDS en die is hoognodig aan vervanging toe. Om bij LVDS een hoge bandbreedte te behalen, moeten er immers veel draden gebruikt worden. Zeker bij notebookschermen met een hoge resolutie (bijvoorbeeld 1920x1200) is het tegenwoordig een uitdaging om alle daarvoor benodigde kabeltjes door de scharnieren van het scherm te loodsen. Bij DisplayPort zijn er minder kabels benodigd, hetgeen ideaal is voor notebookbouwers. Daarnaast hoeven GPU-ontwikkelaars niet meer zowel voor DVI als voor LVDS ondersteuning in te bakken. Een ander voordeel voor notebooks is dat de DisplayPort-connector een stuk kleiner is dan een DVI-plug. Zodoende is deze een stuk gemakkelijker in hele kleine of juist hele platte notebooks te implementeren.
Je moet nog even geduld hebben voordat de eerste DisplayPort-producten in de winkel liggen. Lang gingen geruchten dat ATI's RV67-chip (basis van de Radeon HD 3850 en 3870) de nieuwe standaard zou ondersteunen, maar daar is AMD/ATI inmiddels angstvallig stil over. Desalniettemin kunnen we er wel vanuit gaan dat de volgende generatie chips van ATI en nVidia wel degelijk DisplayPort zullen ondersteunen. Samsung heeft inmiddels al een 30" monitor met de nieuwe connector aangekondigd, die overigens pas in het tweede kwartaal van 2008 daadwerkelijk in productie gaat. Ook Dell heeft inmiddels aangegeven dat men in de loop van 2008 met diverse DisplayPort-systemen, notebooks en monitoren op de markt wil komen.
Conclusie
De grootste voordelen van de nieuwe standaard voor de consument zijn de mogelijkheid tot hogere kleurdieptes, de mogelijkheid om video en audio over één connector te transporteren en de kleinere connector. Het feit dat de belangrijkste fabrikanten van videochips (ATI, nVida, Intel) alsmede de grootste systeembouwers ter wereld (Dell en HP) achter de nieuwe standaard staan, is voldoende reden om aan te nemen dat DisplayPort een succes kan gaan worden. In de loop van volgend jaar moeten de eerste producten komen, maar eer DisplayPort meer gebruikt wordt dan DVI zijn we echt wel een paar jaar verder.