LED-displays: mooier en zuiniger?

Inhoudsopgave
  1. 1. Inleiding
  2. 2. Backlight
  3. 3. Energie besparen
  4. 4. Meer kleuren
  5. 5. Nadelen

Backlight

Het zijn deze witte LED’s die fabrikanten van LCD-schermen op een idee hebben gebracht. De werking van een LCD televisie of monitor is eigenlijk eenvoudig: achter in het scherm vinden we een grote lichtbron en daarvoor bevindt zich het paneel dat per pixel het doorvallende licht kan dichtknijpen. Door dit apart voor groen, rood en blauw te doen, kunnen vrijwel alle kleuren worden gemaakt. Worden de basiskleuren alle drie compleet dichtgeknepen, dan krijg je zwart.

Bij televisies en monitoren wordt in de regel van een of meerdere zogenaamde CCFL’s (Cold Cathode Fluorescent Light) gebruik gemaakt voor de achtergrond verlichting, ofwel backlight in jargon. Zo’n CCFL is in feite een soort mini tl-buis. Afhankelijk van de grootte van het scherm, besluit de fabrikant hoeveel van deze buisjes er nodig zijn om voldoende licht te produceren. Bij kleinere schermen is de verlichting in de regel ondergebracht in de randen van het scherm. Een speciaal soort prisma zorgt er daarna voor dat het licht gelijkmatig over het scherm wordt verdeeld.

De technologie van CCFL’s is de laatste jaren flink uitontwikkeld, waardoor ze tegenwoordig keurig wit licht geven. Er blijft echter een groot nadeel; net als de tl-buizen die in menig kantoor aan het plafond hangen, zijn ze niet bijster efficiënt. Van de aangevoerde elektrische energie wordt slechts tussen de 17 en 21 procent daadwerkelijk omgezet in licht. De rest van de energie wordt omgezet in warmte. Dat is te merken ook; voel na een tijdje werken maar eens aan de achterkant van je TFT-monitor of je laptop scherm! En hoewel 17 tot 21 procent efficiëntie in vergelijking met een gloeilamp nog altijd bijster veel is, kunnen we niets anders dan concluderen dat het grootste gedeelte van de energie verknoeid wordt.


De Apple MacBook Pro was één van de eerste laptops met LED-scherm.

Advertentie
0