ATI Radeon HD 5570 test

Conclusie

Met de twee nieuwe videokaarten maakt AMD haar DirectX 11 lijn compleet. De Radeon HD 5450 konden we helaas nog niet testen, maar met slechts een vijfde van de shader units van de Radeon HD 5570 kaart mogen we ongetest al concluderen dat deze kaart het niet van z'n 3D-prestaties moet hebben. Het feit dat de Radeon HD 5450 passief gekoeld is en alle videomogelijkheden van de 5000-reeks biedt, maakt de nieuwe kaart wél interessant voor Media Center achtige doeleinden, al moeten we er dan wel direct bijvertellen dat een systeem met Intel Core i3 processor en integrated graphics voor dit doel net zo goed en nog goedkoper en zuiniger is.

De Radeon HD 5570 biedt wel voldoende 3D-power voor niet al te veeleisende gamers. In de benchmarks komt de kaart op zo'n 2/3de à 3/4de van de prestaties van de 5670. In sommige gevallen betekent dit dat de framerates nét de laag uitvallen om lekker te gamen. Natuurlijk kun je de beeldkwaliteit wat terugschroeven, maar wij zouden eerlijk gezegd liever de 10 à 20 euro extra uitgeven om een 5670 te kopen. Dat is de extra investering meer dan waard.

Maken we de vergelijking met nVidia, dan is er op basis van de prestaties een gelijkspel. De kaart zit qua kosten tussen de GT 220 en GT 240 in en dat zelfde zien we bij de benchmark resultaten. Of de DirectX 11 compatibiliteit in dit segment een groot voordeel is, durven we te betwijfelen: de Radeon HD 5570 is niet snel genoeg om moderne DX11 games met alle pracht en praal weer te geven. Waar de ATI kaart in vergelijking met nVidia wél uitblinkt is het stroomverbruik, dat is aanzienlijk lager. Alles bij elkaar opgeteld biedt AMD zodoende ook in het sub-70 euro segment de beste keuze.