HDI Dune HD Max en Smart review

Inleiding

Wie eind 2009 een mediaspeler zonder compromissen zocht, kon kiezen uit twee apparaten die ogenschijnlijk veel gemeen hadden, maar in de praktijk flink van elkaar verschilden: de Popcorn Hour C-200 en de Dune HD Prime 3.0. Bijna twee jaar later heeft het Amerikaanse Popcorn Hour pas zeer onlangs iets laten horen over een nieuwe mediaspeler, maar heeft HDI alweer een nieuwe generatie spelers in de winkelschappen. Van die apparaten zijn de HD Max en de HD Smart-modellen nog niet besproken op Hardware.Info. Hoog tijd om dat te corrigeren, met een recente update van de interface als mooie aanleiding, maar niet voordat we nog even terugkijken naar de voorgeschiedenis. Hoe zat het ook weer met de twee roemruchte concurrenten, die ook onder onze bezoekers de gemoederen hoog deden oplopen?

Feitelijk waren er twee Prime apparaten: de HD Base 3.0 en de BD Prime 3.0. De eerste beschikte over een hot-swap ruimte voor een 3,5 inch harde schijf, de tweede had een optisch loopwerk voor Blu-ray disks. Beide maakten gebruik van de Sigma SMP8642 processor, al werd deze in de Base later vervangen door de SMP8643 – dezelfde cpu, maar dan zonder Macrovision-ondersteuning. Ook de opvolger HD Max is gebaseerd op deze mediaprocessor, maar deze speler verenigt de kenmerken van de beide voorgangers in één apparaat.

HDI Dune HD Max

De HDI Dune HD Max is namelijk voorzien van zowel een optisch loopwerk voor Blu-ray, DVD en CD, als een hot-swap ruimte voor 3,5 inch harde schijven. Waar de voorgangers leverbaar waren met een voorgemonteerde interne 2,5 inch harde schijf, is dat bij de Max niet meer het geval. Deze voorziening is een mooi aanknopingspunt om nog even terug te komen op de verschillen tussen de C-200 en de apparaten van HDI, want daar woedde destijds een flink debat over. Nu het stof is gaan liggen, kunnen we de balans opmaken: wat zijn de verschillen?