Bitfenix Prodigy: buitenbeentje

Testresultaten koeling

We doen standaard dus in totaal vier metingen. De eerste set is bij een warmteproductie van 80 watt, de tweede bij een warmteproductie van 160 watt. Beide sets voeren we uit met de fans draaiend op lage en op hoge rotatiesnelheid. Dat bewerkstelligen we door het voltage van de fans in te stellen op 7, respectievelijk 12 volt. Wanneer een behuizing bij de eerste set (80 watt) temperaturen boven de 40 graden laat noteren, voeren we doorgaans geen tweede set metingen op 160 watt uit. Wanneer de temperaturen de 50 graden overstijgen, staken we over het algemeen de test. De marges liggen wat hoger bij deze kleinere behuizingen, omdat er anders erg weinig te testen valt. Deze kleinere behuizingen zijn minder effectief in het verspreiden en afvoeren van warme lucht, zoals de onderstaande grafieken ook zullen illustreren.

We vergelijken de Bitfenix Prodigy met een aantal andere mini-ITX behuizingen met vergelijkbare eigenschappen: ruimte voor een grotere grafische kaart en meerdere harddisks. Wel zijn die alle een stuk kleiner dan de Prodigy, zoals te zien is in deze grafiek.

80 W 12 V

Met een maximale draaisnelheid laat de Prodigy een alleszins redelijke waarde van 36,1 graden noteren.

80 W 7 V

Bij lagere rotatiesnelheid behoudt de Prodigy zijn derde plaats.

160 W 7 V

De meeste andere behuizingen worden erg warm bij 160 W, maar ter illustratie hebben we de Prodigy getest met deze warmteproductie, bij lage draaisnelheid van de fans. De gemeten temperatuur is veel hoger dan wenselijk. Opmerkelijk genoeg doet de Cooler Master Elite, die minder interne ruimte biedt en kleinere fans heeft, het beter. Dat heeft vermoedelijk alles te maken met de indeling van de Prodigy - het harddisk rack staat een goede luchtdoorstroming letterlijk in de weg.