AOC Agon AG271QX review: nieuwe speler

AOC Agon AG271QX

AOC heeft de Agon AG271QX van een duidelijk ander design voorzien dan eerdere gaming-modellen van het merk. Waar die in feite gebaseerd waren op dezelfde chassis als gebruikt bij de zakelijke lijn, heeft Agon een eigen stijl gekregen. Daarbij is de metalen voet zeker onderscheidend, evenals de scherpe hoeken die zowel in de voet als achterop het paneel terugkomen. Een Agon-logo prijkt trots op de relatief dunne rand - AOC doet hier als merk dus een stapje terug. 

Wie de afbeelding op deze pagina vergelijkt met die op de voorgaande, ziet direct dat het paneel in hoogte verstelbaar is. Het kan ook kantelen, draaien en roteren op deze voet - een mate van flexibiliteit die we verwachten van een een intensief te gebruiken beeldscherm en die ook andere fabrikanten bieden.

Het is bijna jammer dat je er niet zo vaak naar zult kijken, want de achterzijde van de AG271QX ziet er, zo vinden wij althans, echt fraai uit. De wigvorm komt hier weer terug, zowel in de verticale drager als het chassis zelf. Hier is het AOC-logo dan wel weer zichtbaar, en niet zo'n beetje ook. Het paneel is bevestigd met een standaard vesa-mount, dus als je de voorkeur geeft aan andere ophanging is dat niet lastig te realiseren. Verder is de handgreep bovenaan de verticale drager vermeldenswaard, waarmee het scherm eenvoudig(er) te vervoeren moet zijn. Het weegt wel ruim zes-en-een-halve kilo, dus al te lang zal je er niet mee willen zeulen.

Aardig is de uitklapbare houder voor een headset aan de rechterkant, inmiddels bijna een standaardvoorziening op gaming-monitoren. Er recht onder zien we alvast wat aansluitingen: twee keer usb 3.0, waarvan een geschikt voor snelladen van mobiele apparaten, en audio in- en uitgangen voor genoemde headset.

Nog een voorziening die we steeds vaker zien: een schuifje om de favoriete hoogte aan te geven, zodat je na vervoer het scherm direct in de gewenste stand hebt. 

Qua aansluitingen biedt AOC dvi, twee keer hdmi, displayport, en opmerkelijk genoeg vga. Verder zien we hier nog twee audio in- en uitgangen en een mini-usb aansluiting, voor de bedrade afstandsbediening. Ten slotte zijn er nog een usb 3.0 uplink en nog twee host-poorten aanwezig, voor een totaal van vier dus.

We noemden hem al, de afstandsbediening. Tot dusver troffen we deze eigenlijk alleen aan bij Benq, maar goed voorbeeld doet goed volgen en ook AOC levert zijn gaming-scherm met zo'n handige paneeltje met fysieke knoppen om het menu te bedienen en snel voorkeuzeselecties te activeren voor diverse gebruiksmodi. Van ons zou elke fabrikant dit mogen meeleveren, want de bediening met knoppen op een scherm zelf is zelden ideaal.

AOC heeft zoals we al verklapten een tn-paneel gemonteerd in de Agon AG271QX en wie nu gaat huiveren, moeten we er toch op wijzen dat tn nog altijd de laagste responstijden laat noteren en dat - net als bij andere paneeltechnieken - de gebruikte techniek alleen geen indicatie is voor de kwaliteit. Ja, tn heeft bepaalde nadelen, specifiek kleurverschuivingen wanneer je er niet recht voor zit en verticaal helderheidsverlies onder een kijkhoek anders dan 90 graden, maar een high-end paneel zoals gebruikt in dit scherm laat wel heel andere testresultaten zien dan een 100-euro exemplaar in de weekaanbieding van de lokale elektrosuper. Schermen met deze resolutie en verversingfrequentie op basis van ips-techniek zijn nog duidelijk duurder, en ook duidelijk minder snel (en/of vertonen meer overshoot bij overdrive). Kortom, elk nadeel heeft zijn voordeel, en wat je uiteindelijke keuze wordt moet vooral afhangen van je beoogde gebruiksdoel. Tijd voor de test!