De toekomst van G-sync-monitoren
In 2014, bij de introductie van AMD Freesync, zei Nvidia nog dat de meerprijs van G-sync op termijn zou gaan dalen. De dure fpga zou op termijn worden vervangen door een custom asic, die goedkoper kan zijn doordat hij voor een specifiek doel is ontworpen. Vier jaar later gebruikt Nvidia bij de G-sync hdr-schermen echter nog steeds een fpga voor de aansturing van het paneel, zo bevestigt Sharma desgevraagd. Men is niet overgeschakeld op een goedkopere chip omdat een fpga het voordeel biedt, dat het ontwikkelteam snel zou kunnen blijven itereren.
Een mogelijkheid waarop de scaler bijvoorbeeld nog zou kunnen worden verbeterd, is ondersteuning voor nieuwe interfaces. Immers biedt de Displayport 1.4-interface nu eigenlijk al te weinig bandbreedte, om de volledige mogelijkheden van het scherm te kunnen benutten. De in november vorig jaar afgeronde hdmi 2.1-standaard heeft een hogere bandbreedte, terwijl ook aan een nieuwe Displayport-versie wordt gewerkt.
De ontwikkeling van de G-sync hdr-monitoren die binnenkort uitkomen is twee jaar geleden al gestart, ruim voordat standaardenorganisatie HDMI Forum de specificatie voor versie 2.1 klaar had. Dat is de reden dat de nu verschijnende schermen dus nog niet beschikken over de nieuwe poort. Volgens Sharma zou de implementatie van de G-sync scaler in de vorm van een fpga betekenen, dat het toevoegen van een dergelijke poort sneller moet kunnen verlopen, dan wanneer Nvidia een asic had laten ontwerpen. Een concreet tijdstip waarop de eerste G-sync hdr-monitoren met hdmi 2.1 verschijnen, kan hij echter nog niet geven.
Ook op andere manieren gaf Nvidia's presentatie nog genoeg mogelijkheden, waarop toekomstige G-sync hdr-schermen beter zouden kunnen zijn dan de eerste modellen. Einddoel van de fabrikant is immers, de mogelijkheden van het menselijk oog zoveel mogelijk te benaderen. Dat vereist volgens Sharma niet alleen schermen die het zeer brede Rec.2020-kleurbereik volledig kunnen afdekken en tot 10.000 nits aan helderheid kunnen leveren: ook de refreshrate moet nog veel verder omhoog, zodat honderden beelden per seconde kunnen worden getoond.
Kwaliteitsstempel met meerprijs
Koop je een G-sync hdr-scherm, dan kun je er in principe van op aan dat die beschikt over behoorlijke hardware om hdr-beelden goed te kunnen weergeven. Dat is lang niet vanzelfsprekend, zoals we hebben gezien in eerdere reviews van hdr-monitoren. Zowel de 27 inch 4K hdr-schermen die binnenkort moeten verschijnen, als de rest van de tot nu toe aangekondigde G-sync hdr-schermen hebben een geclaimde piekhelderheid van 1000 nits, een full array local dimming backlight en ondersteuning voor DCI-P3, wat een behoorlijke hdr-weergave zou moeten opleveren.
G-sync hdr is dus een soort kwaliteitsstempel geworden. Volgens Sharma verklaart dat het prijsverschil met andere schermen. "We willen dat gamers weten dat ze het allerbeste hebben gekocht, als ze een G-sync scherm aanschaffen." Omdat Nvidia altijd zelf de scaler-chip levert, kan het bedrijf eisen stellen, voordat het scherm de winkels ingaat. De precieze eisen die Nvidia stelt zijn echter niet openbaar, waar bijvoorbeeld voor de VESA DisplayHDR600- en DisplayHDR1000-standaarden wel precies duidelijk is waar een scherm aan moet voldoen voor het een certificaat ontvangt.
"We hebben een team van display engineers dat vanaf het begin meewerkt met fabrikanten bij de ontwikkeling van nieuwe monitoren", zegt Sharma. Zo selecteert Nvidia samen met monitorfabrikanten lcd-panelen, terwijl een compleet scherm voor het de winkels bereikt eerst wordt doorgemeten door Nvidia. Sharma: "Mensen vragen mij vaak of er weleens schermen zijn die de certificering niet halen. Jazeker, in alle stappen van de procedure vallen er monitoren af. Soms gaan we helemaal aan het eind nog terug naar stap 1, het uitkiezen van een nieuw lcd-paneel, omdat we niet tevreden zijn over een product."
"We investeren kortom veel in de ontwikkeling van G-sync", zegt Sharma. "Ons doel is om daarin zo min mogelijk compromissen te sluiten. Ik denk dat andere fabrikanten dat misschien sneller doen." Naar mate de technologie verbetert, wil Nvidia zijn eisen verder opschroeven. "Misschien eisen we over twee of drie jaar wel een piekhelderheid van 2000 nits voor een G-sync hdr-monitor."
High-end, maar beperkte keuze
Nadeel van Nvidia's benadering voor G-sync is de beperktere keuze in monitoren, als je het vergelijkt met het concurrerende Freesync. Dat is voor monitorfabrikanten gratis te implementeren, zonder dat een uitgebreide certificering of speciale hardware noodzakelijk is. Daardoor hebben inmiddels vele fabrikanten geschikte schermen uitgebracht, terwijl Samsung recent nog een firmware-update uitbracht die de techniek ook naar zijn 2018-televisies brengt. Onze Prijsvergelijker telt op dit moment meer dan 300 schermen met Freesync, terwijl er maar zo'n 70 G-sync monitoren te koop zijn.
Sharma ziet de beperktere keuze voor G-sync schermen niet als een probleem. Hij wijst erop dat niet alle Freesync-schermen hetzelfde framerate-bereik ondersteunen, of ondersteuning bieden voor features als Low Framerate Compensation (LFC), terwijl je met G-sync schermen altijd dezelfde ervaring krijgt.
"In iedere schermdiagonaal hebben we inmiddels wel een G-sync display beschikbaar: in laptops, losse schermen van 24 inch, 27 inch, ultrawides, en het binnenkort verschijnende BFGD", zegt Sharma. "Wij zien het zo: je wil de consument een betekenisvolle keuze bieden. Je kunt bij wijze van spreke wel achthonderd verschillende 24 inch-schermen aanbieden om uit te kiezen, maar dat is niet zinvol. Wij willen simpelweg in iedere categorie het beste scherm kunnen bieden. Dat zijn de modellen die gamers zouden willen kopen, en die hebben wij."