Microsoft DirectStorage 1.2 moet ook laadtijden HDD’s kunnen versnellen

Microsoft heeft een update voor DirectStorage uitgebracht, een api die de laadtijden in games moet verbeteren. Versie 1.2 brengt een wijziging met zich mee die specifiek is gericht op harde schijven, alsook een tool voor ontwikkelaars en enkele bugfixes.

Tot dusver opent DirectStorage bestanden in een ongebufferde modus, om deze zo snel mogelijk van de opslag naar de gpu te kunnen verplaatsen. In het geval van hdd’s is er echter nood aan gebufferde i/o om de langzamere zoektijden te maskeren. Versie 1.2 biedt een optionele gebufferde mode, waardoor het voortaan mogelijk moet zijn voor gameontwikkelaars om dezelfde code te gebruiken voor snelle ssd’s als langzamere harde schijven. Microsoft benadrukt wel dat deze modus enkel geschikt is voor hdd’s en door de game zelf moet worden ingeschakeld.

     
Met DirectStorage krijgt de gpu rechtstreeks toegang tot de opslag van het systeem, waardoor game-assets een stuk sneller ingeladen kunnen worden.

De api is ook aangevuld met een functie die ontwerpers meer inzicht moet geven in het type decompressie dat wordt gebruikt. Aangezien DirectStorage de meest geschikte methode inzet op basis van de gebruikte gpu, bestaan er scenario’s waarbij er wordt teruggevallen op de processor. Met behulp van een query zal men de overeenkomstige waarde kunnen opvragen en met behulp van deze informatie de best passende resolutie voor textures instellen.

Terwijl de laadtechniek sinds maart vorig jaar beschikbaar is, zijn er met uitzondering van Forspoken nog geen games uit die gebruikmaken van de api. In de bèta van Diablo IV zijn vermeldingen naar DirectStorage ontdekt, al heeft Blizzard nog niet bevestigd dat de feature daadwerkelijk wordt ondersteund.

Bronnen: Microsoft, Tom's Hardware

« Vorig bericht Volgend bericht »
0