Krassen en prijzen
Beide formaten hebben uiteraard hun sterke en zwakke punten. Bij HD-DVD wordt er met een blauwe laser gewerkt die een hogere datadichtheid mogelijk maakt, waardoor er meer informatie op één schijf past. Verder is HD-DVD grotendeels gebaseerd op dezelfde technologie als de huidige DVD. Zowel de productie van schijfjes als spelers is hierdoor relatief goedkoop. Bestaande productielijnen voor DVD's kunnen tegen geringe kosten geschikt worden gemaakt voor het produceren van HD-DVD's. Ook de technologie in HD-DVD spelers is minder duur dan bij tegenhanger Blu-ray.
In tegenstelling tot bij HD-DVD is men bij de ontwikkeling van Blu-ray met een schone lei begonnen. De fysieke afmetingen moesten gelijk blijven aan die van de cd en DVD, maar verder heeft men een compleet nieuwe standaard ontwikkeld. Het resultaat is bij de eerste generatie discs al zichtbaar: Waar een HD-DVD op één laag 15 GB kan bevatten en een dubbellaags HD-DVD dus 30 GB, liggen deze waarden bij Blu-ray op 25 en 50 GB. Bovendien kan Blu-ray in de nabije toekomst van nóg meer lagen gebruik gaan maken. Werkende demonstratiesystemen met vier lagen en een capaciteit van 100 Gigabyte bestaan al.
Een nadeel van de nieuwe manier waarop Blu-ray data op de schijf zet, is de hogere krasgevoeligheid. In eerste instantie was het dan ook de bedoeling dat Blu-ray DVD's in een cartridge ingebouwd zouden worden, vergelijkbaar met Sony's Minidisc. TDK heeft echter een speciale beschermingslaag ontwikkeld genaamd ‘Durabis'. Deze kan direct op de schijf worden aangebracht en garandeert een hoge mate van krasvastheid - beter zelfs dan bij standaard DVD's en cd's. De achilleshiel van Blu-ray tegenover HD-DVD is dan ook niet de krasgevoeligheid, maar de prijs van stand alone spelers: De huidige Blu-ray spelers kosten tussen de 1300 en 1500 euro, terwijl de eerste HD-DVD speler voor 600 euro te koop is.
Fotofinish
Er zijn dus wel verschillen, maar beide formaten hebben toch vooral veel overeenkomsten. Voor de gemiddelde consument is er behalve het capaciteitsverschil eigenlijk weinig dat de formaten van elkaar onderscheid. Beide systemen zijn uiteraard geschikt voor high definition video in de formaten 720p, 1080i en 1080p. Beiden ondersteunen bovendien dezelfde videocodecs: naast het bekende MPEG 2 formaat kunnen ook MPEG AVC (h.264) en Microsofts VC-1 codec gebruikt worden. Blu-ray kan hierbij overigens overweg met iets hogere bitrates dan HD-DVD, 54 Mbit tegenover 30 Mbit voor audio en video samen.
Ook op audiogebied lopen de formaten niet ver uiteen. Naast de bekende Dolby Digital en DTS formaten ondersteunen beide systemen ook ongecomprimeerde PCM tracks tot 8 kanalen bij 24bit/96 KHz. Tevens worden de nieuwe Dolby Digital Plus, Dolby TrueHD en DTS HD High Resolution Audio en DTS HD Master Audio door zowel HD-DVD als Blu-ray ondersteund.
Alleen bij de nieuwe DTS formaten heeft Blu-ray een streepje voor: Bij DTS HD High Resolution Audio - dat naar verwachting bij veel films gebruikt zal gaan worden - ondersteunt HD-DVD bitrates tot 3 Mbit per seconde, terwijl dit bij Blu-ray maximaal 6 Mbit mag zijn. Bij het ongecomprimeerde DTS HD Master Audio formaat - vooral belangrijk voor audiofiele producties - heeft Blu-ray ook meer bandbreedte beschikbaar: maximaal 24.5 Mbit tegenover 18 Mbit bij HD-DVD. In hoeverre DTS HD Master Audio in de praktijk met dergelijke bitrates zal worden gebruikt, is echter de vraag.

Blu-ray ondersteunt bij de nieuwe DTS formaten hogere bitrates dan HD-DVD