Eerste ervaringen
In ons testlab zijn wij aan de slag gegaan met de eerste Blu-ray spelers van Samsung en Panasonic. De Samsung speler is een relatief ‘simpel' apparaat, zonder geavanceerde mogelijkheden als ruisonderdrukker en andere beeldoptimalisaties - functionaliteit die we bij de speler van Panasonic wel terugvinden. De vraag is in hoeverre je dergelijke ‘verbeteringen' nodig hebt. Bij een goed gemasterde schijf is het immers beter om niets aan het beeld te veranderen. Onze eerste indruk van beide spelers is zeer positief. Een uitgebreide test kan je binnenkort op onze website lezen.
Over de eerste Blu-ray schijfjes zijn we gematigd positief. Wij hebben een aantal door Sony uitgegeven films bekeken op een 1080p scherm en het is duidelijk dat men nog lang niet het onderste uit de kan weet te halen. Let wel, in vergelijking met alles wat je tot nu toe gewend bent, ziet het beeld er bijzonder goed uit. Het is scherp, bevat enorm veel detail en biedt hierdoor een meer realistische kijkervaring. De beeldkwaliteit bij de eerste 1080p Blu-ray discs is zichtbaar beter dan de 1080i HDTV uitzendingen die momenteel via de kabel te ontvangen zijn, en die uitzendingen zien er toch ook érg goed uit.
De eerste Blu-ray films maken nog gebruik van het relatief inefficiënte MPEG2 codec. Bovendien gaat het om single layer discs met een capaciteit van 25 Gigabyte. Dat er gebruik gemaakt wordt van MPEG2 en niet van MPEG4 of VC-1 heeft er simpelweg mee te maken dat de encodingsoftware voor Blu-ray in eerste instantie alleen ondersteuning bood voor MPEG2. Inmiddels is ook de ondersteuning voor beide andere formaten rond. In de nabije toekomst zullen we dus zeker ook VC-1 of MPEG4 titels tegenkomen.
De beeldkwaliteit die de eerste single layer Blu-ray disc laten zien in combinatie met MPEG2 compressie is goed, maar niet geweldig. In scènes met veel actie is soms te zien dat er eigenlijk net iets te weinig bandbreedte beschikbaar is om het beeld helemaal scherp te houden, iets wat bij dual layer discs of betere codecs niet het geval zou moeten zijn. Daarnaast geldt dat de films die wij gezien hebben, niet in alle gevallen optimaal gemasterd zijn. Het inscannen van de films voor HD is uiteraard veel kritischer dan bij SD, en filmkorrel, vuil en beschadigingen zijn veel sneller zichtbaar. Daarnaast is ook de digitale nabewerking veel belangrijker. Zo valt randverscherping niet op bij lage resoluties en kleine beeldschermen; op een groot 1080p scherm doet het echt afbreuk aan de beeldkwaliteit. Deze eerste titels maken in ieder geval duidelijk dat de filmmaatschappijen nog veel moeten optimaliseren en leren op dit vlak. Dat is niets om je zorgen over te maken: de eerste DVD's kampten met gelijksoortige problemen en de beeldkwaliteit van huidige DVD's is een stuk beter dan bij de eerste generatie schijfjes.
Helaas kwam Toshiba's HD-DVD speler te laat bij ons binnen om daar iets zinnigs over te zeggen. Uit diverse Amerikaanse bronnen blijkt echter dat de beeldkwaliteit van de eerste generatie HD-DVD schijfjes iets beter is dan bij Blu-ray. Er zou sprake zijn van minder compressiefouten en het beeld is marginaal scherper. De door Universal Studio's uitgegeven films lijken over het algemeen beter gemasterd. Bovendien maken de eerste HD-DVD's wél al gebruik van het betere VC-1 videocodec. Daarnaast worden de films uitgebracht op dual layer discs met een capaciteit van 30 GB, meer dus dan de 25 GB die de huidige single layer Blu-ray's bieden.
Doordat er vrijwel geen titels zowel op Blu-ray als op HD-DVD beschikbaar zijn, is een vergelijking vooralsnog moeilijk te maken. Als de komende Blu-ray discs ook van VC-1 gebruik gaan maken, zal het verschil in beeldkwaliteit vrijwel zeker wegvallen.