Write-endurance
Eerst nog even terug naar de genoemde wear leveling; dit is één van de belangrijkste, zo niet hét belangrijkste verschil tussen een SSD en een geheugenkaartje. In een Compact Flash of SD-kaartje vind immers geen wear leveling plaats; het geijkte gebruiksmodel van dergelijke kaartjes is immers relatief grote bestanden er één voor één opzetten en een relatief beperkt aantal keer – orde grootte hooguit duizenden keren tijdens de levensduur van een kaartje – de data verwijderen. Doordat een SSD als harde schijf wordt gebruikt, is wear leveling wél van levensbelang en direct ook de reden waarom je bij een SSD eigenlijk geen zorgen hoeft te maken over je data. Een relatief simpele rekensom leidt tot deze geruststelling.
Zoals gezegd zorgt wear levelling ervoor dat alle cellen binnen een SSD even vaak beschreven worden. Bij gebruik maakt het in feite dus niet uit of je telkens het zelfde bestand gaat overschrijven of juist continu de hele schijf van begin tot eind vol schrijft. Aangezien een SSD bij lineaire, continue schijfactiviteit het snelst is, bereiken we met die tweede optie het worst case scenario.
Laten we eens rekenen aan een doorsnee SSD met een capaciteit van 64 GB en een maximale doorvoersnelheid van 100 MB/s bij schrijven. Hoewel de levensduur van de cellen binnen flashgeheugenchips in het verleden beperkt was tot zo’n 10.000 à 100.000 keer beschrijven, kunnen in moderne flashchips die voor SSD’s gebruikt worden alle cellen gemiddeld zo’n 1 miljoen keer overschreven worden voordat ze het loodje leggen, wat we in jargon write endurance noemen. Wanneer je 64G x 1 miljoen gedeeld door 100 MB/s uitrekent kom je op de levensduur van zo’n SSD in seconden. Omgerekend: 20,8 jaar! Bij normaal gebruik zal de levensduur veel langer zijn. Laten we eerlijk zijn, de kans is vrijwel uitgesloten dat je een drive die je nu koopt, in 2029 nog steeds wilt gebruiken.
Daar komt nog eens bij dat je in de regel niet bang hoeft te zijn dat je data verliest wanneer een cel kapot gaat. Flashgeheugen heeft immers de ‘prettige’ eigenschap dat het alleen kapot kan gaan bij schrijfacties, bij lezen vindt er geen kwaliteitsreductie plaats. Juist bij schrijven kan de controller het ontdekken wanneer er een fout optreedt en de data een ander plekje op de drive geven. Daarbij moeten we sowieso niet uit het oog verliezen dat in iedere SSD altijd wat extra capaciteit beschikbaar is om kapotte cellen te compenseren. Over het algemeen heeft een drive een ruime 5% extra capaciteit beschikbaar.
Let wel: ondanks het feit dat SSD’s in de regel dus zeer betrouwbaar zijn, blijft het altijd slim om goede back-ups te maken van al je belangrijke data. Ieder elektronisch apparaat kan kapot gaan, ook een solid state drive.
SSD als cache voor conventionele schijven
SSD’s zijn dankzij de toegangstijd, die meerdere malen kleiner is dan bij harde schijven, bij veel applicaties veel sneller. Juist ook bij veel servertoepassingen, denk aan bijvoorbeeld databaseservers, kunnen SSD’s voor een klein wonder zorgen. Toch loopt het nog niet storm in de server markt. Systeembeheerders zijn dankzij alle write endurance spookverhalen huiverig om SSD’s in te zetten. Hun zorgen zijn, zoals in dit artikel aangetoond, grotendeels onterecht. Nu Intel een speciale lijn enterprise SSD’s heeft, begint een en ander langzaam een beetje op gang te komen. Voor systeembeheerders die wel de prestatiewinst van de nieuwe technologie willen, maar er nog niet geheel op durven te vertrouwen, komt Adaptec binnenkort met een mooie technologie voor haar 5-serie SAS/SATA RAID-controllers. Met een toekomstige firmware kun je aan een bestaand array van verschillende conventionele schijven één SSD die toevoegen die dan dienst gaat doen als soort cache voor kleine schrijf- en leesverzoeken. Tijdens CeBIT toonde Adaptec aan dat hiermee flinke prestatiewinsten te behalen zijn.