Samsung KE55S9C Curved OLED TV review: het wachten waard

RGB OLED

OLED is geen nieuwe technologie. In 2007 bracht Sony als eerste een OLED televisie op de markt. Het betrof toen een klein model met een 11 inch scherm en een prijskaartje van ruim 3000 euro. Daarna werd het op televisievlak lang stil, maar bij smartphones is OLED gemeengoed geworden. Vooral Samsung past consequent OLED schermen toe in haar high-end smartphones en ook in sommige kleinere tablets.

Zowel Samsung als LG toonden de afgelopen jaren op beurzen preproductiemodellen van OLED televisies, maar ondanks de belofte dat deze schermen ‘snel’ op de markt zouden komen is daar tot nu toe weinig van terecht gekomen. Het probleem dat beide fabrikanten namelijk hebben bij de productie van grotere OLED schermen is het uitvalpercentage tijdens de productie. Hoewel recente cijfers lastig te verkrijgen zijn, horen wij van verschillende bronnen dat de zogenaamde yields begin dit jaar nog onder de 20% lagen. Dat betekent dus dat voor elke vijf schermen die van de band rollen er minimaal vier afgekeurd worden. Als gevolg daarvan werd de lancering van OLED televisies steeds weer uitgesteld, want de prijs zou simpelweg té hoog liggen.

Inmiddels is de productie kennelijk verbeterd, of nemen Samsung en LG mogelijk genoegen met geen of weinig marge op de schermen. Sommige bronnen beweren zelfs dat Samsung met hun prijspunt van 7999 euro voor de 55 inch Curved OLED TV verlies maakt op elk verkocht scherm.

Hoe het ook zij, de eerste OLED televisies zijn nu daadwerkelijk te koop. LG en Samsung zetten hierbij in op verschillende technologieën. Samsung maakt gebruik van een matrix met rode, groene en blauwe OLEDs die per drie gezamenlijk één pixel vormen. LG kiest voor een andere benadering en produceert schermen met witte OLEDs, waarover rode, groene en blauwe kleurfilters geplaatst zijn. LG gebruikt bovendien vier subpixels per pixel: naast de gefilterde rode, groene en blauwe filters beschikt elke pixel ook over één ongefilterde witte pixel. Voordeel hiervan is volgens LG dat er een hogere helderheid mogelijk is met minder energieverbruik, terwijl het ook de kleurbalans ten goede zou komen.

Samsung's OLED scherm maakt gebruik van rode, groene en blauwe OLED subpixels

Samsung maakt zoals gezegd gebruik van rode, groene en blauwe OLEDs en gebruikt hierbij een structuur waarbij de subpixels boven elkaar geplaatst zijn. De blauwe subpixel is hierbij groter dan de groene en de rode, waarschijnlijk omdat blauwe OLEDs sneller slijten. Door de blauwe subpixel groter te maken bouwt Samsung feitelijk ‘reserve’ in. Over de verwachte levensduur doet Samsung geen uitspraken. Letterlijk zegt Samsung desgevraagd: "we doen geen uitspraken over de (gemiddelde) levensduur van onze TV’s. De levensduur van iedere TV is namelijk afhankelijk van het gebruik. Wel kunnen we verzekeren dat we de slijtage van blauwe OLED’s beperken door onze ‘inkapselingtechnologie’."

Afhankelijk van wie je het vraagt, horen wij dat OLED schermen ergens tussen de 10.000 en 20.000 uur mee zouden gaan, uiteraard afhankelijk van de helderheid waarmee het scherm aangestuurd wordt. Vooralsnog kunnen wij echter geen zinnige uitspraken doen over de vermindering van de helderheid en eventuele kleurverandering naarmate de OLEDs ouder worden: daarvoor moeten we ze langer testen dan anderhalve dag.