APU + GPU
Gisteren publiceerden we een review van AMD's nieuwe A10 Kaveri APU's. Eén functie van de CPU's hebben we in deze en onze initiële review van januari nog niet behandeld: de mogelijkheid om de rekenkracht van de geïntegreerde GPU te combineren met die van een losse videokaart. Vroeger noemde AMD dat Hybrid Crossfire, tegenwoordig is de term AMD Dual Graphics. Hoog tijd om daar weer eens aandacht aan te besteden.
De Kaveri APU's hebben een GPU aan boord met maximaal 512 shader units, onder verdeeld in 8 clusters, waardoor AMD het een 8-core GPU noemt. De GPU maakt gebruik van dezelfde Graphics Core Next architectuur als AMD's losse videokaarten van de laatste generatie.
De Kaveri chips kunnen gecombineerd worden met ofwel een Radeon R7 240 ofwel een Radeon R7 250 videokaart. Deze laatste is eigenlijk de logische match voor de A10's: een R7 250 is immers vrijwel even snel als de in de in de APU's aanwezige GPU's. Het aantal shader units in de R7 250 is welliswaar wat lager (384 in plaats van 512), de hogere klokfrequentie en het feit dat een losse videokaart geen geheugen hoeft te delen met CPU-cores compenseren dat.
De AMD Kaveri A10-7850K gecombineerd met een MSI Radeon R7 250.
Om de geïntegreerde GPU en een losse variant te combineren moet je allereerst in de BIOS dual-graphics inschakelen. Bij veel moederborden wordt immers standaard de geïntegreerde GPU uitgeschakeld, zodra een los model wordt geplaatst. Als je dat hebt gedaan verschijnt in het Catalyst Control Panel een extra optie om AMD Dual Graphics te activeren. Eén vinkje zetten en je kunt aan de slag.