P45 Moederborden Vergelijkingstest

Gigabyte GA-EP45-DQ6

Wat hoger in de voedselketen vinden we GigabyteGA-EP45-DQ6. Het bord biedt alle functionaliteit die we al beschreven bij de DS4, maar dan met nog een flink aantal extra's. Het belangrijkste verschil is dat men bij de DQ6 de 6-fase stroomvoorziening voor de CPU dubbel heeft uitgevoerd, om op die manier een virtuele 12-fase voeding te bieden. Dit heeft als resultaat dat dit bord op een stabiele wijze nog meer stroom kan toevoeren aan de processor dan Gigabytes andere P45 varianten. Voor echte die-hard overklokkers, die echt het ultieme uit hun CPU willen halen, kan dat net het verschil maken.

Een ander verschil is dat men een IDT PCI-Express switch heeft geplaatst. Die wordt gevoed met vier PCI-Express x1 lanes vanuit de south bridge en voert die op zijn beurt drie maal uit; twee keer naar PCI-Express x4 slots - die zijn 'opengeknipt' zodat er ook een videokaart in past - en een derde keer naar niet minder dan vier Realtek RTL8111C netwerk chips. De DQ6 heeft zodoende vier Gigabit LAN aansluitingen. Hoewel ook Gigabyte niet echt een gebruiksdoel ziet voor vier losse netwerkaansluitingen, is het idee achter dit ontwerp opnieuw dat je ze dankzij teaming kunt bundelen. Zodoende kun je dus een 4 Gigabit verbinding met een switch generen.Gigabyte ziet zelf hier een duidelijk gebruiksdoel voor gameservers, al durven wij te betwijfelen of er überhaupt een situatie denkbaar is waarbij die extra bandbreedte daadwerkelijk een merkbaar verschil maakt. Wat ons betreft leuk bedacht, maar weinig zinnig.

Verder verschillend ten opzichte van de DS4 is de aanwezigheid van twee extra Silicon Image 5723 2-poorts SATA RAID-controllers. Deze brengen het totaal aantal SATA-poorten van dit bord op niet minder dan 10. De implementatie is uniek te noemen; via een PCI-Express x1 verbinding heeft Gigabyte een JMicron JMB3632-poorts SATA-controller verbonden met de south bridge. De Silicon Image chips fungeren in feite als SATA port multipliers, en zijn aangesloten op de twee SATA-poorten van de JMicron chip. Op hun beurt maken de Silicon Images chips opnieuw elk twee SATA-poorten beschikbaar. Een prettige bijkomstigheid is datde Silicon Image chips een hardwarematige RAID-controller aan boord hebben, helaas zonder databuffer overigens. Vanuit de BIOS kan eenvoudig worden ingesteld of de chips in RAID 0 of RAID 1 modus moeten draaien. Wanneer je op beide controllers twee schijven in RAID 0 aansluit en de daarboven geplaatste JMicron controller ook weer in RAID 0 plaatst, kun je via een omweg een array met vier schijven maken. Onze tests wijzen overigens echter uit dat de JMicronchip een flinke performance bottleneck heeft, zodat de RAID-functionaliteit van de Intel south bridge te prefereren is. Afgezien daarvan is de aanwezigheid van 10 SATA-poorten zeker geen overbodige luxe..

Een ander verschil is dat de DQ6 een twee fase voeding voor de geheugenmodules en north bridge heeft. Dat heeft als resultaat dat het overklokpotentieel bij dit bord wederom iets hoger is dan bij de DS4. De BIOS features zijn verder identiek. De prestaties van de DQ6 zijn zeer goed te noemen. Opvallend is dat het bord onder load de zuinigste van alle DDR2-borden is, terwijl in idle modus het juist de minst zuinige is. Het bord is met gemiddeld € 232 zo'n 75 euroduurder dan de DS4. Wij twijfelen hardop of de extra mogelijkheden dit prijsverschil rechtvaardigen.

Voor: Alle van deDS4, plus: 10x SATA, dubbel uitgevoerde CPU-fases, betere koeling.
Tegen: Vier keer Gigabit LAN is onzinnig en maakt het bord onnodig duur.
Conclusie: Mooi bord, maar de 75 euro meerprijs boven de DS4 is wat gortig.