Postprocessing
Het decoderen en vloeiend afspelen van HD-video is voor de geïntegreerde chipsets (op de Intel G43/G45 na) dus geen probleem. Maar hoe zit het met postprocessing? Bij het op een juiste manier bekijken van video komt immers meer kijken dan beelden decoderen en naar de monitor sturen.
Een belangrijk aspect is deinterlacing, het op een juiste manier verwerken van video die met halve beelden werkt naar volledige beelden. Het nut van goede deinterlacing is door Hardware.Info meermaals besproken. Het is belangrijk voor wie bestaande TV-content in SD-resolutie bekijkt, maar ook in het HD-tijdperk is goede deinterlacing van belang. Want hoewel het gros van de Blu-ray schijven 1080p is, zijn er ook voldoende 1080i varianten; daarnaast is 1080i ook een veel gebruikte norm bij HDTV uitzendingen. Een andere vorm van postprocessing is ruisonderdrukking, ook iets wat bij SD, maar zeker ook nog bij HD van belang is. De kwaliteit van de postprocessing meten we met behulp van de HQV en HD HQV benchmarks, een DVD respectievelijk Blu-ray met een flinke lijst testbeelden die op een bepaalde manier van een score kunnen worden voorzien. Bij de normale HQV is er maximaal een score van 130 punten te behalen, bij HD HQV is de hoogst mogelijke totaalscore 100 punten.
Om met de SD-variant te beginnen. Bij de AMD 780G deden we bij onze eerdere test een schokkende ontdekking. Zodra er een processor met HyperTransport 1.1 op het moederbord geplaatst werd (lees: een willekeurige Athlon 64 of Sempron) bleek de geïntegreerde videokaart niet in staat tot het uitvoeren van goede deinterlacing, ruisonderdrukking of andere postprocessing. Het resultaat: een weinig glorieuze score van 0 punten in HQV. Zodra je gebruik maakt van een HT 3.0 processor (lees: een Phenom X3 of X4) kon de chipset het wél en behaalde de 780G een topscore van 128 punten. Ofwel, in SD gaat alle post-processing op een bijna niet te overtreffen manier! Met de nVidia GeForce 8300 chipset kregen we een identiek resultaat en ook de GeForce 9300 chipset voor Intel processor doorstond de test met vlag en wimpel. Echter, voor het Intel platform blijken er geen vereisten qua CPU: zelfs met een slome Celeron doet de GeForce 9300 keurige deinterlacing. Met de Intel G43 en G45 komen we op 108 punten in HQV; qua deinterlacing is er op de chipsets niets aan te merken, maar ruisonderdrukking moesten we geheel missen.
Dan HD HQV: bij AMD bleek opnieuw dat een HT 3.0 processor vereist is. Met de 780G kwamen we op 80 punten. In één deïnterlace test laat AMD punten liggen, voor de rest is alles prima. De nVidia chipsets voor zowel Intel als AMD doorlopen de hele test foutloos; de volle 100 punten! De Intel G45 blijft steken op 55; ook hier gaat één deïnterlace test de mist in en opnieuw is er geen ruisonderdrukking. Op dit vlak kunnen we nVidia wederom als winnaar uitroepen: hun geïntegreerde chipsets doen alle videopostprocessing op hetzelfde hoge niveau als de duurste losse videokaarten!
De chipsets zetten bij het afspelen van Blu-ray betere
resultaten neer dan menig standalone Blu-ray speler.
PC vs. Blu-ray speler
Met de nVidia geïntegreerde chipsets krijgen we zoals geschreven de volle 100 punten in de HD HQV test. Dat betekent dat de chip uitstekende deinterlacing en ruisonderdrukking bij HD materiaal doet. De AMD 780G zit er niet ver vanaf. Dat betekent dat deze chipsets zich uitstekend lenen voor het kijken van Blu-ray films. Sterker nog, de PC blijkt er zelfs beter in dan een losse Blu-ray speler! Voor ons zusterblad HDTV Magazine hebben we eind vorig jaar een zevental stand-alone Blu-ray spelers getest van wat toen de nieuwste generatie was. Het resultaat: bedroevend lage scores. Samsung en Sharp scoren 0 in HD HQV en en LG en Sony komen niet verder dan respectievelijk 10 en 20 punten. Het beste resultaat werd behaald door Panasonic, maar hun score van 78 staat in de schaduw van wat er met een goedkope PC mogelijk is. Moraal van het verhaal: zo'n Mediacenter PC in de woonkamer plaatsen is helemaal zo'n gek idee nog niet!
