Eindelijk onderweg: USB 3.0

Inhoudsopgave
  1. 1. Inleiding
  2. 2. USB: 10 bits in een byte!?
  3. 3. USB 3.0
  4. 4. Nieuwe contacten
  5. 5. Compatibiliteit
  6. 6. Andere verbeteringen
  7. 7. Tijdpad

Inleiding

Het was in 1998 dat de Universal Serial Bus 1.1 standaard vrijgegeven werd. Het bleek de katalysator te zijn voor het streven om het aantal verschillende aansluitingen en kabels te reduceren. Inmiddels is deze 1.1 standaard vrijwel niet meer in gebruik en is elk USB apparaat dat verkocht wordt uitgerust met versie 2.0.

Tijdens de ontwikkeling van de originele USB-standaard voorzagen de deelnemende bedrijven (Intel, Compaq, Microsoft, Digital, IBM en Northern Telecom) dat er in de toekomst veel verschillende soorten randapparatuur voor de PC zouden opkomen. Dit was de belangrijkste reden om een universele standaard te ontwikkelen die het zeer eenvoudig moest maken om tal van apparaten met de computer te verbinden. Ook werd meteen gezorgd dat een groot aantal apparaten via slechts één interrupt verbinding kon maken. Hiermee werd een tot dusver frequent voorkomend probleem, een tekort aan interrupts, flink gereduceerd. Daarnaast stond ware plug’n’play ondersteuning op de verlanglijst.

Vóór de USB standaard was het nodig om voor veel nieuwe apparaten een nieuwe connector te ontwikkelen. Wie herinnert zich niet de ps/2, seriële (rs-232) en parallelle poorten die een jaar of tien geleden nog standaard op elk moederbord te vinden waren. Om over de game port nog maar te zwijgen.

USB 1.1

De ontwikkelde 1.1 standaard was niet in staat om met hoge snelheid data te transporteren. Dit protocol heeft twee modi: low speed, dat 1 Megabit per seconde doorvoersnelheid biedt, en full speed dat met 12 Megabit/s werkt.

Deze snelheden waren indertijd voldoende om aan de basiseisen te voldoen: het aansluiten van een toetsenbord, muis of eerste generatie USB-stick. Ondanks de duidelijke voordelen werden USB 1.1 apparaten aanvankelijk niet massaal gekocht. Veel mensen hadden tenslotte nog weinig of geen USB aansluitingen op hun computer zitten. De grote doorbraak kwam toen Intel ervoor zorgde dat USB tot de basisuitrusting van iedere PC behoorde, en Microsoft ondersteuning in zijn besturingssystemen integreerde. Naarmate USB poorten gemeengoed werden op de gemiddelde PC, begonnen zowel hardwarefabrikanten als consumenten de voordelen van de nieuwe standaard in te zien. Met het stijgen van de populariteit van USB, werd de behoefte aan hogere doorvoersnelheden ook groter. De USB ontwikkelaars groep ging aan het werk en kwam in april 2000 met de opvolger, USB 2.0.

USB 2.0

Het verhogen van de transfersnelheid was een logische stap in de evolutie van USB. De theoretische snelheid werd met de komst van standaard 2.0 opgeschroefd naar 480 Megabit/s ofwel 48 Megabyte/s. Het verhogen van de overdrachtsnelheid had meer positieve gevolgen dan louter het sneller kunnen kopiëren van bestanden. Eindelijk was het mogelijk om in real time audio- en videosignalen te transporteren. USB 2.0 zette de deur open voor producten als microfoons en webcams, zaken waar beduidend meer snelheid en bandbreedte voor nodig is dan beschikbaar was onder de oorspronkelijke versie van de standaard.

Het succes van USB 1.1 was reden voor NEC en Philips om de oorspronkelijke ontwikkelaarsgroep te versterken. Naast het verhogen van de snelheid had men voor versie 2.0 meer ontwerpdoelstellingen. Cruciaal voor succes was dat elk USB 2.0 apparaat backwards compatible moest zijn met oude 1.1 aansluitingen. Daarnaast werden de plug’n’play eigenschappen verder verbeterd met de komst van Windows XP met geïntegreerde USB driver. Verder moest USB 2.0 meer stroom naar aangesloten apparaten kunnen transporteren, zodat producten als een webcam niet apart gevoed hoefden te worden.

Advertentie
0