Sony, Infocus, BenQ, Acer
Sony VPL-DS100
De Sony VPL-DS10 is een wat aparte eend in de bijt. De projector wordt door Sony echt als een dataprojector gepresenteerd en is daarmee bedoeld voor de zakelijke markt. Dit vinden we terug in de mogelijkheden van de projector. Als enige heeft de VPL-DS100 namelijk elektronische hoogteverstelling, door een druk op de knop komt er aan de voorkant van het apparaat een voetje uit de bodem die de projector naar achteren kantelt om daarmee het geprojecteerde beeld in hoogte te verstellen.
De projector biedt tevens de mogelijkheid om de Keystone vervorming die een dergelijke kanteling van de projector met zich meebrengt automatisch te compenseren. Omdat de projector ‘weet’ onder welke hoek hij staat kan de benodigde correctie voor Keystone immers berekend worden. Deze functie werkt in de praktijk uitstekend. Hierdoor is de projector uitermate geschikt voor snelle inzetbaarheid onder verschillende omstandigheden. Voor videoweergave zijn we wat minder over de projector te spreken. Het deinterlacen van video gebeurt niet netjes en er zijn duidelijk trillende lijnen zichtbaar. De kleurweergave is daarentegen wel weer goed.
Infocus X1
Naast alle hierboven besproken LCD projectoren kregen wij voor deze test van drie fabrikanten een projector op basis van DLP technologie aangeleverd. Infocus is er daar één van en hun X1 projector werkt met een DLP chip met 800x600 beeldpunten. In combinatie met de gebruikte 150 Watt lamp levert deze een lichtopbrengst van maximaal 937 Lumen, wat eigenlijk aan de lage kant is voor een moderne DLP projector.
Het zwartniveau van de X1 maakt echter een hoop goed, met een gemeten minimale waarde van 1.5 Lumen scoort de projector uitstekend en is een contrast van 614:1 het resultaat. In low-lamp modus zakt de minimale lichtopbrengst zelfs naar 1.0 Lumen, de laagste meting uit de test. Dit maakt de projector uitstekend geschikt voor projectie van filmbeelden in ruimtes met weinig omgevingslicht. De kleurweergave van de projector is goed, over de manier om TV- en videobeelden weer te geven zijn wij iets minder te spreken, het beeld mist bij nadere bestudering fijne details.
BenQ PB6100
BenQ leverde ons een de PB6100 aan voor de test, een projector gebaseerd op DLP technologie. Het grote voordeel van DLP technologie, het uitstekende zwartniveau, komt ook bij deze projector duidelijk naar voren. De standaardinstellingen voor helderheid en contrast blijken met ons testprogramma niet te kloppen, maar als we de helderheid verhogen en het contrast juist verlagen laat de PB6100 een uitstekend plaatje zien.
De projector kent maar liefst vier verschillende modi, te weten Presentation, Vivid, Video en Economic. Elk van deze heeft eigen instellingen voor kleur en lampsterkte. In video modus wordt de sterkte van de lamp iets teruggedraaid, wat bij videoweergave een beter zwartniveau en mooiere kleuren oplevert. Met maximale lichtopbrengst van 1996 Lumen en een contrast van 1301:1 kan de PB6100 onder alle omstandigheden prima uit te voeten. Nadelen van de BenQ projector zijn een matige scherpte bij weergave van TV- en videobeelden en een irritant ‘zeurend’ geluid dat door de koelventilatoren wordt gemaakt.
Acer PD110z
De laatste projector uit de test is afkomstig van Acer. De PD110z is net als de projectoren van BenQ en Infocus gebaseerd op DLP technologie. Wat prestaties betreft zit de Acer tussen beide andere DLP projectoren in, de helderheid en het contrast zijn beter dan de Infocus projector, maar iets minder goed dan het apparaat van BenQ. Kwa video- en kleurweergave scoort de projector gelijk aan de andere twee DLP projectoren.
De Acer projector heeft echter een belangrijk nadeel: Hij is vrij luidruchtig en produceert bovendien een hoge fluittoon die goed hoorbaar is. Voor gebruik in een écht stille ruimte kunnen we deze projector dan ook niet echt aanraden. Het grote voordeel van de Acer PD110z is echter de prijs. Met een adviesprijs van 999 euro is hij de goedkoopste uit te test.