Geheugen
De impact die geheugen heeft op de prestaties van een computer is al enige tijd niet bijzonder groot. De nieuwe DDR-generaties weten de toegenomen snelheden van processors en andere onderdelen prima bij te houden en het geheugen is in de meeste gebruiksscenario’s dan ook geen bottleneck. De meeste gebruikers hadden zelfs al genoeg aan de snelheden die DDR3 bood, maar dat werd enkele jaren terug toch vervangen door DDR4. Dit heeft als voornaamste voordeel dat het hogere klokfrequenties mogelijk maakt op lagere voltages. DDR4 had primair voordelen voor servers, waarbij het van belang is dat het stroomverbruik zo laag mogelijk is, maar ook eindgebruikers hebben er baat bij in de vorm van lager verbruik van laptops.
Er zijn over het algemeen niet bijzonder veel programma’s die zwaar leunen op de snelheid van het geheugen. Alleen programma’s zoals de x264 encoder, WinRAR en benchmarks zoals SuperPi willen nog weleens baat hebben bij sneller geheugen. Om die reden hanteren we doorgaans de vuistregel dat je over het algemeen meer hebt aan meer geheugen dan aan sneller geheugen.
Zoals gezegd hebben we de laatste tijd testresultaten gezien die deze orthodoxie in twijfel trekken, waarbij sommige benchmarks laten zien dat sneller geheugen wel degelijk een positieve invloed kan hebben op de framerate in games. Het betreffende artikel kan je hier teruglezen.
Daarnaast hebben we eerder al gezien gezien dat het gebruikte geheugen een behoorlijke invloed heeft op de snelheid van een IGP. Er zijn nog altijd behoorlijke wat mensen die gebruikmaken van de geïntegreerde GPU van hun processor om te gamen: van alle Steam-gebruikers speelde in januari 2017 17,4% nog met een Intel IGP. Reden genoeg om het effect van geheugenbandbreedte eens grondig uit te zoeken.
Dual en quad channel
Op de desktopmarkt is er nagenoeg geen systeem meer te vinden dat qua platform geen ondersteuning biedt voor dual channel geheugen. Toch zijn er heel wat systeembouwers die hier geen gebruik van maken, door slechts één geheugenmodule te plaatsen. Dat heeft als voordeel dat er in elk geval één slot beschikbaar blijft voor uitbreiding (veel OEM-systemen bieden geen vier geheugenslots), maar als nadeel een potentiële achteruitgang in prestaties.
Bij laptops is het nog een graadje erger: OEM’s rusten vooral goedkope laptops uit kostenbesparende overwegingen vaak uit met een enkele geheugenmodule, die dan kennelijk tegen een lager bedrag in te kopen is. Bovendien is de geheugenmodule veelal ook niet uitbreidbaar. Het is dus interessant om te weten of je je aankoopbeslissing hiervan moet laten afhangen.
Voor zelfbouwers is het zoals gezegd ook interessant om te weten of je direct twee of vier geheugenslots vult, of begint met een met een hogere capaciteit, om later op te waarderen. Voor de kosten hoef je de eerste optie niet te laten: de meeste geheugenmodules worden tegenwoordig in kits van twee aangeboden en deze zijn niet duurder dan een enkele module met dezelfde capaciteit.
Bij het X99 high-end desktop platform is het verhaal iets anders. Dit high-end platform ondersteunt namelijk ook quad channel geheugen. Als je toch al een X99-systeem gaat aanschaffen, dan is er geen reden om hier geen gebruik van te maken. Echter, ook hier geldt dat het interessant kan zijn om te beginnen met minder gevulde slots – om uitbreiding later te faciliteren, of om kosten te besparen. Daarnaast is er ook in elk geval één X99 bord op de markt met slechts twee geheugensloten, de ASRock X99E-ITX/AC. Ook hier is het dus interessant om te zien wat meerkanaals geheugen oplevert, en of quad channel op zich een reden is om X99 te overwegen.