ATI Radeon HD 2900 XT test

Crossfire

Vanzelfsprekend is het ook met de nieuwe generatie kaarten weer mogelijk om de rekenkracht van twee kaarten te bundelen in een Crossfire opstelling. Om meteen met het goede nieuws in huis te vallen: de ellendige externe koppeling en het fenomeen speciale (lees: peperdure en nergens verkrijgbare) master-kaarten zijn eindelijk van de baan. Net als bij nVidia kun je tegenwoordig twee normale, identieke Radeon HD 2900, 2600 of 2400 kaarten aan elkaar koppelen. De verbinding tussen beide kaarten wordt dan intern gemaakt met behulp van twee Crossfire koppelstukken, zoals we dat eerder ook al zagen bij de Radeon X1950 Pro. Bovenop de Radeon HD 2900 vinden we dan ook twee aansluitingen voor de Crossfire connectors. Om van Crossfire gebruik te maken heb je een moederbord nodig met ofwel een daarvoor geschikte AMD/ATI chipset, ofwel een daarvoor geschikte Intel chipset, bijvoorbeeld de Intel 975X. Intels volgende generatie high-end chipset, de X38, zal ook ondersteuning gaan bieden voor Crossfire.

Dankzij de nieuwe Crossfire connectors zijn de externe dongles eindelijk overbodig.

Heb je al een bestaande ATI videokaart uit de X1000 en wil je gaan upgraden naar een HD 2900, dan moet je je oude kaart zeker niet weggooien of verkopen! De nieuwe en bestaande generatie ATI-kaarten bieden immers de mogelijkheid om bij toekomstige games de physics-berekeningen voor hun rekening te nemen. ATI's drivers bieden bij een combinatie van een oude en een nieuwe kaart de mogelijkheid om de nieuwe Radeon HD 2x00 kaart de 3D-beelden te laten verzorgen, terwijl je oude Radeon X1xxx kaart wordt ingezet voor de physics berekeningen. Bij moederborden met ruimte voor drie videokaarten zou je zelfs twee kaarten in Crossfire kunnen laten werken aan de 3D-beelden en een losse derde kaart kunnen inzetten voor physics.