Conclusie
Elektrisch rijden heeft (waarschijnlijk) de toekomst, maar voordat er een echte doorbraak komt moeten er een aantal zaken verbeteren. Ten eerste moeten de prijzen van elektrische auto’s omlaag. Bij middenklassers is de meerprijs voor een elektrische versie zo’n 10.000 euro boven een vergelijkbaar brandstofmodel en dat is zeker voor consumenten een te hoge drempel. Gezien het scheve stimuleringsbeleid van de overheid, dat vooral dure elektrische auto’s voor zakelijke rijders subsidieert, zal de prijs voor particulieren de komende jaren waarschijnlijk een aanzienlijk pijnpunt blijven.
Net zo belangrijk is dat het bereik omhoog moet. Mensen zijn huiverig om een auto te kopen die na elke 160 kilometer opgeladen moet worden. Er zijn nu echter meerdere semi-betaalbare modellen in aantocht met een aanzienlijk hoger bereik, dus dat probleem lijkt zichzelf binnen afzienbare tijd op te lossen. Het laatste punt dat verder verbeterd moet worden is de oplaadinfrastructuur. Zolang elektrisch rijden iets voor een kleine groep mensen blijft, is het ad-hoc bijplaatsen van laadpalen een werkbare oplossing, maar als iedereen elektrisch gaat rijden moet de infrastructuur – en het elektriciteitsnet – drastisch op de schop.
