De nieuwe chip: De Radeon 8500 of R200
De Radeon 7500 is dan een verbetering ten opzichte van de originele Radeon, qua technologie biedt de chip zoals we zagen niets nieuws. Het echte nieuws van ATI komt in de vorm van de Radeon 8500, ook wel R200 genoemd. Deze nieuwe chip is terug te vinden op een kaart met dezelfde naam, voorzien van 64 MB DDR. De Radeon 8500 chip, de R200, behoudt vrijwel alle functionaliteit van de originele Radeon en voegt daar nieuwe technologie aan toe. Net als de RV200 chip van de Radeon 7500 is ook de R200 een 0.15 micron chip. De R200 telt maar liefst 60 miljoen transistoren, meer dan we er tellen in de Pentium III processor van Intel.
Net als bij de Radeon 7500 is ook bij de Radeon 8500 weer onduidelijkheid over de kloksnelheden. Op ons exemplaar draaide zowel de chip als het geheugen met een snelheid van 275 MHz. Of dit ook de snelheid is van de kaarten die in de winkel liggen is niet helemaal duidelijk, maar wel waarschijnlijk. ATI heeft de snelheid van de chip namelijk op het laatste moment verhoogd van 250 naar 275 MHz.
Kijken we naar de opbouw van de Radeon 8500 dan is het eerste wat opvalt dat de chip voorzien is van vier pixel rendering pipelines, waar de originele Radeon er slechts twee had. Er is echter ook wat weggehaald. De Radeon had per pipeline namelijk drie texel units waarmee het mogelijk wat om in een enkele klokcyclus drie texture elementen aan een pixel te verbinden, iets wat zeer efficiënt kan werken in multi-textured games. De concurrentie kon slechts twee texel elementen per klokcyclus per pipeline verwerken. Helaas is ondersteuning voor ATI's drie-texel oplossing uitgebleven waardoor het in de praktijk een onbenutte gimmick werd. De Radeon 8500 chip is dan ook voorzien van vier 'normale' pipelines die elke twee texel units hebben. Ditzelfde is ook het geval bij de GeForce 2 en 3 chipsets van nVidia (met uitzondering van de MX chips). Onderstaande tabel geeft de verschillen in kloksnelheden en bijbehorende theoretische limieten weer.
Radeon 'Classic' (Retail) | Radeon 7500 | Radeon 8500 | GeForce 3 'classic' | GeForce 3 Ti 500 | |
rendering pipelines | 2 | 2 | 4 | 4 | 4 |
texel units per pipeline | 3 | 3 | 2 | 2 | 2 |
kloksnelheid | 183 MHz | 290 MHz | 275 MHz | 200 MHz | 240 MHz |
geheugensnelheid | 183 MHz | 230 MHz | 275 MHz | 230 MHz | 250 MHz |
theoretische fillrate | 366 Mpixels/s | 580 Mpixels/s | 1100 Mpixels/s | 800 Mpixels/s | 960 Mpixels/s |
texel fillrate | 1.1 Gigatexel/s | 1.76 Gigatexel/s | 2.2 Gigatexel/s | 1.6 Gigatexel/s | 1.92 Gigatexel/s |
Geheugen bandbreedte | 5.8 GB/s | 7.4 GB/s | 8.8 GB/s | 7.4 GB/s | 8 GB/s |
Wat meteen opvalt is dat de Radeon 8500 in alle gevallen gunstiger uit de bus komt als de GeForce 3 en de GeForce 3 Ti 500. Doordat de Radeon 8500 en de GeForce 3 dezelfde opbouw hebben qua pixelpipelines en texelunits komt dit voordeel van de Radeon geheel door de hogere kloksnelheden voor zowel de chip als het geheugen.
Voor alle duidelijkheid
-
De pixel fillrate is het maximaal aantal pixels wat de chipset per seconde kan produceren (pixel pipelines * kloksnelheid)
-
De texel fillrate is het maximum aantal texture elementen wat per seconde aan gerenderde pixels kan worden verbonden (pixel pipelines * texel units per pixelpipeline * kloksnelheid)
-
De geheugen bandbreedte geeft aan hoeveel data er per seconde van / naar het geheugen geschreven kan worden (geheugensnelheid * bus-breedte in bytes).
Maar er is meer dan de fill-rate en de geheugenbandbreedte alleen dat de snelheid bepaalt. Extra features zoals een effectieve T&L engine en programmeerbare pixel en vertex shaders zijn heden ten dage meer bepalend dan pure kloksnelheid. ATI weet dit uiteraard ook en heeft de Radeon 8500 voorzien van een waslijst met nieuwe features.